-26-
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
16.) Aankoop van grond van M.J. Naalden te Spruadel.
Be heer Rijsdorp vraagt of de aan te kopen grond zal worden
ingebracht in het Grondbedrijf.
Be voorzitter deelt hierop mede dat het Grondbedrijf uitsluitend
die gronden beheert die bestemd zijn voor woningbouw en dat
het Grondbedrijf niet alle aan de gemeente in eigendom
toebehorende gronden inventariseert.
Be heer Oomen zegt graag van wethouder van Eekelen te willen
vernemen wat er met de overige grond zal gaan gebeuren.
Wethouder van Eekelen antwoordt hierop dat voor de afronding
van het totaalplan nog van diverse personen grond aangekocht
moet worden en dat daarvoor nog veel grond nodig is. Spreker
zegt het in deze een goede zaak te vinden dat van de heer
Waalden zoveel grond kan worden aangekocht dat een gedeelte
daarvan eventueel kan dienen als pachtvrije compenserende
grond
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
17.) Voorbereidingsbesluit voor een gedeelte van het bestemmingsplan
"Buitenwegen", in verband met de bouw van 8 woningwetwoningen
aan de Oude Amtwerpsepostbaan.
Be heer Krijnen vraagt of het waar is dat de huidige woningwet
woningen aan de Oude Antwerpsepostbaan nog twee jaar gehandhaafd
moeten blijven.
Be voorzitter deelt hierop mede dat de Woningstichting reeds
zover is dat met de werkzaamheden kan worden begonnen en dat
gehoopt wordt op een spoedige toestemming van de Minister
van Volkshuisvesting.
Be heer Krijnen merkt op dat woningwetwoningen een bepaald
aantal jaren gehandhaafd moeten blijven, waarop de voorzitter
mededeelt dat zulks inderdaad het geval is, maar dat m
dit geval ontheffing van de minister is verkregen.
-Be-
-27-
Be heer Rijsdorp vraagt of die 8 woningwetwoningen buiten het
toegewezen contingent van 20 woningwetwoningen vallen, hetgeen
de voorzitter bevestigend beantwoordt.
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Hetgeen verder ter tafel komt.
Haar aanleiding van de beantwoording van de interpellatie over
het bouwen in het buitengebied vraagt de heer Broos, met be
trekking tot het bouwplan van de heer P. van de Riet, hoe het
college een afwijzende beslissing kan nemen indien er geen
formele aanvraag is ingediend.
Be voorzitter antwoordt hierop dat er wel een bouwaanvraag is
ingediend maar dat die betrekking had op de bouw van een
woning met bedrijfsruimte. Spreker deelt mede dat omtrent het
hele plan het advies is gevraagd van de Adviescommissie Agrarisch*,
Bouwaanvragen en dat die commissie van oordeel was dat aanvrager
allereerst een reëel agrarisch bedrijf diende op te richten,
waarvoor hem dan ook vergunning werd verleend voor het oprichten
van een stal.
Be heer Broos merkt op dat de heer van de Riet wel degelijk een
agrariër is en zegt dat deze ook als zodanig staat ingeschreven
bij het Landbouwschap.
Wethouder van Eekelen merkt op dat de Adviescommissie er van
uitgaat dat het hoofdberoep van een aanvrager in de agrarische
sector moet liggen en dat aanvragen een reële kans heeft ge
kregen om een bonafide agrarisch bedrijf op te richten.
Be heer Broos zegt dat er bij de manege "Be Hoeve" wel een
woning mocht worden gebouwd en dat daarvoor aan niet-inwoners
bouwvergunning werd verleend. Spreker zegt dat de heer P'. van
de Riet, die wel een inwoner is van de gemeente, hetzelfde
werk verricht als een agrariër en dat men niet kan beoordelen
of deze man wel slager wil blijven.
Wethouder van Eekelen antwoordt hierop dat de adviescommissie
de heer van de Riet een kans heeft gegeven om van hoofdberoep
te veranderen, maar dat van die gelegenheid dan wel gebruik
moet worden gemaakt. Spreker zegt dat het gemeentebestuur aan
deze gang van zaken betrekkelijk weinig kan veranderen.
-Be-