-18-
Wethouder van Eekelen antwoordt hierop dat dit misschien een
goed alternatief zon kunnen zijn als er op een gepaste wijze
van die mogelijkheid gebruik wordt gemaakt. Spreker zegt zulks
echter te vrezen en verwijst in deze naar de huidige vuilstort
plaats, alwaar het ook regelmatig voorkomt dat in de nabijheid
daarvan vuil wordt gestort.
De heer Rijsdorp zegt van mening te zijn dat als de plaats waar
de containers komen te staan van een afrastering is voorzien en
kan worden afgesloten het experiment wel kan worden gewaagd.
Met betrekking tot het antwoord op de vraag inzake de 1e
Molenweg, merkt de heer Zagers op, dat zijn fractie deze
kwestie al voor de derde maal aan de orde stelt. Spreker vraagt
of verbetering daarvan moet wachten tot de ruilverkaveling
rond is, omdat het dan nog wel een. .jaar of acht kan duren.
Wethouder van Eekelen antwoordt hierop dat aan de Heidemij
opdracht is verstrekt om te bezien hoe die weg kan worden
gereconstrueerd, zulks in verband met de slechte ondergrond.
Spreker deelt mede dat binnen het kader van de ruilverkaveling
ongeveer twee jaar na de stemming een aanvang zal kunnen
worden gemaakt met verbetering van de wegen en waterlopen,
zodat thans al kan worden overzien wanneer die verbetering
zal plaatsvinden. Spreker zegt dat verbetering van de wegen
een kostbare aangelegenheid is, waarbij ook een fikse bijdrage
van de gemeente zal worden gevraagd.
Met betrekking tot de muur welke is geplaatst in de St. Janstraat
vraagt de heer Zagers of daarvoor een bouwvergunning is af
gegeven en zo ja, waarom die vergunning is verleend.
De voorzitter antwoordt hierop dat daarvoor inderdaad een bouw
vergunning is verleend en dat een bouwvergunning alleen kan
worden geweigerd als niet voldaan wordt aan de voorschriften.
De heer Zagers merkt voorts op dat het hem opvalt dat "St. Frans"
ieder jaar rond de behandeling van de begrotingen actief wordt.
Spreker zegt dat het college in het wederwoord niet meedeelt
hoeveel lessen er weer terug zijn gegaan naar Etten-Leur.
-De-
-19-
De voorzitter zegt te hopen dat de activiteiten van "St. Frans"
bij ingebruikname van de nieuwe ruimte zullen worden verhoogd
en dat zulks vanwege de directie ook is toegezegd, maar dat
er dan wel belangstelling voor de lessen moet bestaan.
Met betrekking tot de commissie kunstwerken merkt de heer
Zagers op dat die commissie eerst bij elkaar zal worden geroepen
als het eindstadium al is bereikt en dat zijn fractie een
gruwelijke hekel heeft aan panklare plannen.
De voorzitter antwoordt hierop dat men in deze afhankelijk is
van een andere instantie.
Ten aanzien van de beantwoording van de vraag inzake de be
stemming van het voor uitbreiding van het Bosbad bestemde
terrein, vraagt de heer Zagers hoeveel tijd er nog zal verlopen
alvorens een definitieve beslissing zal worden genomen en of
daarover al bepaalde gedachten aanwezig zijn.
De voorzitter deelt hierop mede dat vanuit de commissie die
zich in het bijzonder bezig houdt met de onderhavige uitbreiding,
al heel wat bouwstenen zijn aangedragen maar dat men deze
kwestie niet aan een bepaalde termijn kan binden.
De heer Zagers merkt op dat in het exploitatiejaar 1972-1973
door het bestuur van de Stichting Bosbad Hoeven uit de exploitati
investeringen zijn gedaan tot een bedrag van 38.000,
voor het Bosbad en 160.000,voor de Camping. Spreker zegt
dat hier geen sprake is van kleine investeringen.
De voorzitter deelt mede dat achteraf steeds de goedkeuring
van de raad is gevraagd via de rekeningen.
De heer Zagers zegt dat desnoods door het houden van spoed
eisende raadsvergaderingen kredieten kunnen worden verkregen.
Wethouder van den Bosch merkt op dat het college moeilijk ter
verantwoording kan worden geroepen voor het beleid in 1972.
Spreker zegt dat kleine investeringen gedaan moeten kunnen
worden.
De heer van Nijnatten zegt van mening te zijn dat de huren van
de sportvelden trendmatig zouden moeten worden verhoogd.
-De-