-10-
Kaar o-e renlrg zou nogmaals aan de gronden, gelegen nabij de
Bremstraat te St. Willebrord onder de gemeente Euopben,aandacht
tasteed moeten worden. Bit is ooK al meerdere malen onder nw
aandacht getracht. Ook hiervoor schijnt de heer Hijsdorp weinig
tegrip te hetten. Of is dit soms geen algemeen telang ij-
dachten van wel.
De gewestraad.
Be heer Eijsdorp is als afgevaardigde van onse raad in de gewes -
raad vertegenwoordigd. Be- gewestraad is in opkomst en men hegint
al over andere dingen te praten dan over het voorzitterschap of
over het presentiegeld. Bese zaken trachten in eerste instantie
nogal wat problemen met zioh mee. Hu men hier eenmaal uit is
hegint het volgende schema, bijvoorbeeld: de schoolbegeleidings
dienst. Onze gemeente is nog aangesloten bij de schoolgezondheids-
dienst te Etten-Leur, welke goed functioneert. Ons advies terzake
luidt: kijk eerst wat je koopt voor je geld, vooraleer men over
stapt naar de gewestraad. Toch stappen reeds andere gemeenten over
naar de gewestraad.
Een ander punt is woningbouw. De woningen welke door de minister
van volkshuisvesting zullen worden toegewezen, zou het streek-
gewest graag verdeeld zien tussen de twee stadskernen Roosendaal
en Bergen op Zoom.
Daardoor zal er voor de kleinere kernen weinig of niets overschieten
Wij dachten dat hier een taak lag voor de heer Rijsdorp om zich
in deze materie verder te verdiepen, hierover contact op te nemen
met de afgevaardigden van de kleine kernen en te onderzoeken hoe
men gezamenlijk stelling kan nemen tegen de twee grote kernen
Roosendaal en Bergen op Zoom. Of zou het zo zijn dat iedere kleine
kern probeert uitsluitend voor zichzelf er uit te halen wat er inzit
Het is de taak van de heer Rijsdorp zich hierop voor te bereiden.
Als het zo ver komt dat de autochtone bevolking zich niet meer m
de eigen plaats kan vestigen, dan zal de gemeente vergrijzen en
zal binnen de kortst mogelijke tijd niet meer levensvatbaar zijn.
Hier ligt een taak voor de afgevaardigden om voor de belangen
van onze gemeente op de bres te staan.
Het voormalig groot seminarie is bij de algemene beschouwingen
ook ter sprake gebracht en daarbij vroeg de heer Rijsdorp een
onderzoek in te stellen naar de mogelijkheden om het gebouw te
bestemmen tot gemeentehuis.
-Hierover-
Eierover verlangde de heer Rijsdorp stemming hetgeen ook is
geschied. Ons standpunt terzake was zonder meer: nee. Dit, omdat
er reeds een dergelijk onderzoek in opdracht van de gemeente had
plaatsgevonden, waarmee een bedrag gemoeid was van 60.000,
wat niet mis was. Dat onderzoek ging toen meer in de richting van
een bejaardentehuis, waarbij overigens wel is komen vast te staa
dat men beter kon overgaan tot nieuwbouw dan renovatie.
In de algemene beschouwingen kwam ook de St. Bernardusschool aan
de orde. In 1975 hebben wij daarover reeds een schriftelijke
vraag aan de voorzitter van de raad gericht.
Het antwoord luidde toen dat er eerst contact opgenomen zou
moeten worden met de provincie. Van onze zijde is nog gesuggereerd
om, indien van de provincie geen uitweg zou worden verkregen op
de provinciale weg, contact op te nemen met de kinderen Siemons om
een uitweg te kopen naar de Brede Balrouw. De gebouwen zouden dan
gesloopt kunnen worden waarna men toch zou kunnen overgaan tot
woningbouw. Zou dit geen doorgang kunnen vinden dan zou in de
oude school de bibliotheek ondergebracht kunnen worden. Hier is
wel ruimte te creëren. Het thans als bibliotheek in gebruik zijnde
gebouw zou dan kunnen worden bestemd als jeugdsoos of in gebruik
kunnen worden genomen voor de bejaarden.
Algemene beschouwingen.
Een lid vraagt hoe het staat met de vestiging van een tandarts
in onze gemeente.
Op 26 april 1976 hebben wij een schriftelijk verzoek gericht aan
de voorzitter van de raad. Wij hadden hierop al eerder gewezen en
hebben dan ook gevraagd of dit een afgedane zaak was. Het ant
woord luidde toen dat de vestiging van een tandartsenpraktijk,
die door bemiddeling van de gemeente ver was gevorderd, op het
laatste ogenblik niet is doorgegaan, omdat aan de betreffende
tandarts geen vrijstelling van militaire dienst kon worden ver
leend. Is er nu als gevolg van de algemene beschouwingen wijziging
in deze zaak gekomen
Algemene beschouwingen. Brandpreventie. Hiervan wordt gesteld
dat het een dure affaire is. Op 25 april 1972 is door ons
schriftelijk gevraagd of er voldoende aandacht wordt besteed
aan het aanbrengen van brandkranen in het buitengebied en indien
dit niet haalbaar zou zijn dan voor brandputten zorg t.e dragen,,
ondanks dat ook dat een kostbare aangelegenheid zou zijn.
-Wij-