De voorzitter antwoordt hierop dat het benoemen van een bode
reeds binnen het college is besproken en zijn beslag zal krijge:
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
In verband hiermede wordt de 34e wijziging van de gemeentebe
groting 1977 vastgesteld.
Krediet voor onderzoek inzake duurzame huisvesting gemeente
huis.
De heer Rijsdorp merkt op blij te zijn met het voorstel omdat
nu op korte termijn inzicht zal worden verkregen in de
financiële consequenties waaruit conclusies getrokken kunnen
worden. Spreker zegt dat de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten een onderzoek zal gaan instellen en dat de resul
taten van dat onderzoek in cijfers vertaald moeten worden,
hetgeen een deskundig inzicht vereist, toegespitst op de
toekomstverwachting. Spreker acht een keuzebepaling van die
gene die mogelijk naast de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten bij het onderzoek wordt betrokken uitermate be
langrijk.
De voorzitter antwoordt hierop dat de Vereniging van Neder
landse Gemeenten in 1975 reeds is ingeschakeld en samen met
architect Nelissen en bureau Margry een onderzoek heeft inge
steld naar de mogelijkheden om het gebouw van het Groot
Seminarie te bestemmen tot gemeentehuis.
Spreker zegt dat een ingebruikname als gemeentehuis een
laatste redding voor het gebouw zal betekenen en dat er alles
aan moet worden gedaan om het karakter van het gebouw te
handhaven.
De heer Broos merkt op dat het jammer is dat het gebouw al
zo ver is geruïneerd en dat het ingebruiknemen en het onder
houd daarvan veel kosten met zich mee zal brengen. Spreker
zegt dat hij het op prijs zou stellen als het gehele gebouw
zou kunnen worden behouden.
De voorzitter antwoordt hierop dat men als kleine gemeente
concessies zal moeten doen en dat daarom is gevraagd waar het
wezenlijke van het gebouw en van de architektuur precies ligt.
-De-
De heer Oomen zegt bevreesd te zijn dat deze zaak voor de
gemeente Hoeven niet haalbaar zal zijn en dat de kosten via de
On-coerend Goed Belasting op de inwoners verhaald zullen moeten
worden.
De heer Oomen spreekt zijn voorketir uit voor een nieuwbouw
gemeentehuis.
De voorzitter antwoordt hierop dat men zal moeten proberen
de zaak haalbaar te maken, temeer omdat de mogelijkheden zijn
uitgeput om het gebouw te behouden.
Spreker zegt dat de Onroerend Goedbelasting voor 1978 wellicht
zal moeten worden verhoogd en verwijst in dit verband naar het
aan de raadsleden toegezonden investeringsschema voor 1978
en volgende jaren.
Wethouder van den Bosch merkt op dat het investeringsschema
nog niet is uitgediscussieerd en nog niet is vastgesteld.
De voorzitter antwoordt hierop dat een dezer dagen de nota over
de begroting 1978 gereed zal zijn, waarin ook het inves
teringsprogramma is verwerkt. Hierover zal men zich nader
kunnen beraden onder meer in de eerstvolgende commissiever
gaderingen, aldus de voorzitter.
De heer Nuijten merkt op dat realisering van de plannen met
betrekking tot het complex van het voormalig Groot Seminarie
niet ten koste mag gaan van de sociale woningbouw.
De voorzitter deelt mede dat in eerste instantie de onderhande
lingen met de provincie zijn afgesprongen omdat de te bouwen
woningen zouden worden gekort op het jaarlijkse contingent.
Dit is inmiddels achterhaald waardoor de onderhandelingen weer
konden worden heropend, aldus de voorzitter.
De heer Rijsdorp merkt op dat het investeringsschema niet was
geagendeerd voor de vergadering van de commissie algemeen
financieel beheer, ruimtelijke ordening en recreatie en daarom
ook niet is besproken, maar dat hij daarover wel de bespreking
heeft meegemaakt in de vergadering van de commissie openbare
werken en daarbij wat kanttekeningen heeft geplaatst. Spreker
zegt het investeringsschema een onvolwassen stuk te vinden om
dat daarop legio posten voorkomen zonder cijfers.
-De-