-5- Wij hebben uw college hierover uitvoerig onze gedachten doen toekomen. Verschillende malen hebben wij gevraagd naar de stand van zaken. "Het is nog in studie", werd er steeds geant woord. Zonder medeweten van de raad verscheen het college vorig jaar plotseling met een werkgroep, die mocht meepraten over de kleur van de gordijnen van de sporthal, als u begrijpt wat ik bedoel Nu ligt hier het voorstel om een sportadviescommissie voor het college van burgemeester en wethouders in te stellen. En nog steeds ligt zonder enig overleg het huiswerk dat onze fraktie gedaan heeft met betrekking tot de instelling van een sportraad in de lade op de secretarie. Mijnheer de Voorzitter, wij kunnen onze medeiirerking aan een sportadviescommissie, zoals die hier op tafel ligt, niet geven. Wij hebben er geen behoefte aan om naast de drie bestaande commissies er een vierde bij te krijgen. Laat de sportzaken blijven bij de commissie algemene zaken. Deze commissie is toch ook gerechtigd om, als er sportbelangen aan de orde komen, mensen uit de verenigingen uit te nodigen om advies in te winnen. En met een advies kun je toch doen wat je wilt, mijnheer de voorzitter. Onze fraktie blijft dan ook van mening dat er in Hoeven meer be hoefte bestaat aan een autonome, zelfstandige sportraad. Een sportraad met een brede vertegenwoordiging uit de verenigingen. Die zelfstandig initiatieven kan ontplooien en uitwerken, steeds in overleg met die verenigingen. Wij hebben geen behoefte, mijnheer de voorzitter, aan een sport- commissie, die onder curatele staat van het college; vijf van de zeven leden worden immers door het college benoemd en de vergaderingen zijn niet openbaar. Waarom is het zo nodig, mijn heer de voorzitter, dat het college in bijna alles wat er in Hoeven gebeurt een vinger in de pap wil hebben? Veronderstelt men misschien dat er onder de burgers in Hoeven niet voldoende mensen zijn die capabel geacht kunnen worden om zelf standig iets op poten te zetten? Wij geloven dat dit wel het ge val is en kunnen onze stem aan dit voorstel dan ook niet geven. Om alle misverstanden te vermijden, mijnheer de voorzitter, wil ik nog duidelijk stellen, dat wij hier spreken als raadslid en niet als vertegenwoordigers van de een of andere vereniging. -De- De heer Rijsdorp deelt mede met belangstelling kennisgenomen te hebben van het voorstel. Spreker zegt dat de sport tot taak heeft zelf te functioneren, waarbij de overheid dient te zorgen voor goede accommodaties. De sport dient zelf te bewijzen dat het die accommodaties waard is, maar dit kan echter niet worden bereikt met het instellen van een sportadviescommissie welke vanuit de gemeentelijke overheid wordt ingesteld, aldus de heer Rijsdorp. Spreker verwijst naar de samenstelling van de commissie, waarbij een meerderheid van het aantal leden zal bestaan uit mensen van de overheid, waardoor de door die commissie uitgebrachte adviezen dwingend zullen blijken te zijn. Bovendien zal de commissie uitsluitend adviserend kunnen optreden. Spreker verwijst naar de sportnota, welke door de Nederlandse Sport Federatie is uitgegeven en waarin de voor- en nadelen van diverse sportcommissies c.q. sportraden worden besproken. De heer Rijsdorp zegt dat in het onderhavige geval niet de sport verenigingen de leden van de commissie benoemen en daarom van mening te zijn dat men niet op de goede weg is, ook omdat het voorstel niet vrijblijvend is en te dirigistisch kan zijn. De sportverenigingen zijn zelf goed in staat om een sportraad te benoemen, aldus de heer Rijsdorp. Spreker adviseert het college het voorstel terug te nemen en de kwestie nog eens in heroverweging te nemen, zulks met inacht neming van de door hem bedoelde sportnota van de N.S.F. Spreker zegt dat de plaatselijke initiatieven in deze dienen te prevaleren boven de onderhavige sportadviescommissie. Wethouder van den Bosch geeft een toelichting waarom het college is gekomen met een voorstel tot het instellen van een sportadvies commissie. Daarbij deelt spreker mede dat er nogal wat vormen zijn waarin de sport in de diverse gemeenten kan worden begeleid. Hit onderzoeken is gebleken dat er op dit gebied in tal van gemeenten ontevredenheid heerst en dat er met iedere vorm nega tieve ervaringen zijn opgedaan. Spreker zegt dat de eerste doel stelling in deze dient te zijn het behartigen van de belangen van de sportverenigingen met daaraan gekoppeld het begeleiden van die verenigingen. Indien men overgaat tot het instellen van een sportraad met autonome bevoegdheden, dienen in die raad mensen zitting te nemen die de verantwoordelijkheden kunnen dragen. -Spreker-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1977 | | pagina 167