wel een bepaalde grens in acht moet worden genomen. Spreker deelt mede dat het de voorkeur verdient om tot het uiterste overleg te plegen maar, indien dat niet lukt, er niets anders op zit dan de grond te onteigenen, omdat de woningbouw doorgang moet kunnen vinden. Als de grond niet bouwrijp kan -worden gemaakt, kan men ook geen bouwpercelen verkopen, ^^/•aardoor de woningbouw stagneert. Spreker vraagt wie daarvoor de verantwoording durft te nemen. Tenslotte zegt de heer Nuijten in de gevraagde machtiging niet meer te zien dan een uitspraak van de raad over deze kwestie. Be voorzitter antwoordt hierop dat de heer Nuijten precies de kern van de zaak heeft geraakt en dat men bereid is de maximale prijs te geven en zeker niemand te kort te willen doen. Spreker belooft in de vergadering van augustus nadere informaties te verschaffen. Indien omtrent deze zaak geen minnelijke oplossing kan worden verkregen dan loopt het geheel vast en dan is het goed dat er een officieel onteigenings- besluit gereed ligt, aldus de voorzitter. Be heer Nuijten merkt op dat als de raad zich ter plaatse zou oriënteren dit wellicht de besluitvorming zou vergemakkelijken. Wethouder van den Bosch merktop dat de heer Rijsdorp van mening is dat een paar gulden meer of minder niet doorweegt in de prijs van een bouwperceel. Spreker zegt zulks in het bestemmingsplan "Bosschenhoofd- West" te hebben nagetrokken en daarbij tot de conclusie te zijn gekomen- dat die paar gulden in alles worden doorberekend waardoor de prijs van een bouwperceel kan stijgen met 15>- f20,of zelfs met 30, per m2. Wethouder van den Bosch zegt daartegen toch wel bedenkingen te hebben. Be heer Oomen deelt mede dat hij dit voorstel graag van de agenda zag afgevoerd, omdat hij er erg veel moeite mee heeft, temeer omdat er over deze kwestie al zo lang wordt onderhandeld en er nu ineens een beslissing moet worden genomen, terwijl de zaak niet eens in de commissievergadering is besproken en er ook geen gelegenheid is geveest een onderzoek in te stellen. Spreker zegt dat de grond van de heer Naalden werd aangekocht voor een bedrag van 5,per m2, maar dat de kwaliteit van die grond veel slechter is dan die van de thans aan te kopen grond, zodat een hogere grondprijs wel is te rechtvaardigen. Ook als de eigenaren niet willen verkopen dan moet men middels onderhandelingen blijven proberen overeenstemming te bereiken, aldus de heer Oomen. Spreker verwijst naar de grondaankopen van de heren van de Riet in de Heistraat en Moerings achter de Halderbergselaan, alwaar ook 10,per m2 werd betaald. -Wethouder- -15- Wethouder ran Eekelen merkt op dat het eeer onsympathiek sou Z«n na al met de onteigeningsprocedure te starten, terwijl de onderhandelingen nog gaande zijn. Be heer Rysdorp adviseert dit voorstel niet in stemming te brengen, maar terug te nemen en in de augustusvergadering uitvoeriger aan de orde te stellen. Spreker zegt dat er dan in tussentijd voldoende gelegenheid bestaat om op een kaart aan te geven waar de riolering moet worden gelegd, waarbij wellicht enige alternatieven kunnen worden aangegeven, waardoor de raad beter wordt geïnformeerd dan nu mogelijk is. Be voorzitter deelt mede bereid te zijn tot overleg en tot terugname van het voorstel. Spreker zegt dat doorgegaan zal worden met de onderhandelingen en spreekt de hoop uit dat de woningbouw niet zal stagneren. Hierna wordt het voorstel door het college teruggenomen. 15- Hetgeen verder ter tafel komt. Naar aanleiding van de beantwoording van de door de heer Broos schriftelijk gestelde vragen, houdt de heer Broos het volgende betoog: Mynheer de Voorzitter, Be beantwoording van de door my ingediende vragen zijn volgens mij goed beantwoord, behalve de allerlaatste vraag, te weten vraag 7. Bie vraag luidde als volgt: "Boor de inwoners van Bosschenhoofd is my gevraagd of ik op de hoogte was van het plan (volgens de wethouder) om in Bosschenhoofd een winkelgalerij te bouwen, bestaande uit 4 winkels met bovenwoningen. Is het juist dat er in deze richting plannen bestaan?" Het antwoord had moeten zyn, kort maar krachtig: Nee! weet ook wel dat er in het bestemmingsplan Bosschenhoofd geen bestemmingen zijn aangegeven voor openbare gebouwen. Het leek mij al vreemd dat de beantwoording van myn vragen zo lang op zich liet wachten. Uw antwoord op vraag 7 is: "Wy hebben vernomen dat van particuliere zijde belangstelling bestaat voor de ontwikkeling van een dergelijk project." Mynheer de Voorzitter, daar de vragen door het college worden beantwoord, eis ik als lid van de gemeenteraad van Hoeven, een eerlijk antwoord en had wethouder van den Bosch naar eer en geweten moeten verklaren, dat de belangstelling niet van de zijde van particulieren afkomstig is, maar dat hy zelf met dit plan de mensen (die bij mij bekend zyn) heeft benaderd en daarbij het verhaal heeft -verteld-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1977 | | pagina 144