In deze "brieven deelt de Staatssecretaris mede, dat zijns inziens het Streekgewest - toen juist tot stand gekomen - het aangewezen bestuurlijk kader is, waarbinnen de projektontwikkeling openluchtrekreatie zijn beslag moet krijgen. Yoorts deelt de Staatssecretaris daarin mede in beginsel bereid te zijn gelden te reserveren voor het doen opstellen van een voorstudie. De zienswijze van de Staatssecretaris heeft het dagelijks bestuur van het Streekgewest geïnspireerd tot het voornemen voor het hele gebied van het Streekgewest te starten met een studie over de openluchtrekreatie. Genoemd dagelijks bestuur heeft daarover onder meer van ge dachten gewisseld met de Consulent voor de openluchtrekreatie in het ressort Zuid, die met name adviseerde zo snel mogelijk met deze studie te beginnen. Om voor rijkssubsidie in de kosten van studie op het terrein van de openluchtrekreatie in aanmerking te komen moet de door het Ministerie van Cultuur, Rekreatie en Maatschappelijk Werk voor geschreven procedure "Projektontwikkeling Openluchtrekreatie" toegepast worden. Deze procedure omvat globaal het laten maken van een voorstudie om op basis daarvan te komen tot een basisplan, dat kan resulteren in een aantal deelplannen, die gericht zijn op het aanleggen en/of beheren van rekreatieve voorzieningen. In de kosten van het laten maken van een voorstudie kan 75% rijks subsidie worden verkregen, terwijl later in de kosten van een basisplan en deelplannen ook belangrijke rijkssubsidies kunnen worden verstrekt Inmiddels heeft de Grontmij n.v. te De Bilt aangeboden deze voorstudie te verrichten en in verband daarmee een werkprogramma en kostenraming overgelegd. Het dagelijks bestuur van het Streekgewest is voornemens om op korte termijn een definitief verzoek om subsidie in de kosten van het opstellen van een voorstudie via Gedeputeerde Staten naar de Staatssecretaris van Cultuur, Rekreatie en Maatschappelijk Werk te sturen, waarbij de bovenvermelde offerte van de Grontmij n.v. zal worden overgelegd. Over de inhoud van dit subsidieverzoek moet overleg plaatsvinden met de Consulent voor de Openluchtrekreatie en de provinciale griffie. -Nadat- Nadat door de Staatssecretaris op dit subsidieverzoek zal zijn be slist, zal door de Gewestraad kunnen worden besloten opdracht te verstrekken tot het laten maken van de voorstudie. In dat verband zal dan ook de begroting 1977 van het Streekgewest moeten worden ge wijzigd. Tevens zal door de Gewestraad moeten worden besloten tot in stelling en bemanning van een begeleidscommissie, zodat aan de georganiseerde belangen van overheid en particulieren ruime in spraakmogelijkheden kunnen worden geboden. De taak van deze bege leidingscommissie waarin een aantal deskundigen van betrokken particuliere en overheidsinstanties zitting zullen nemen, zal bestaan in het begeleiden van de voorstudie en het adviseren van het dagelijks bestuur over de beleidsontwikkeling. Voorwaarde voor de verwezenlijking van een en ander is evenwel, dat de raden van de samenwerkende gemeenten besluiten de behartiging van het belang, bestaande in het verrichten van studie op het terrein van de openluchtrekreatie, aan het Streekgewest toe te vertrouwen. De Gewestraad heeft dan ook, op grond van de artikelen 4 en 35 van de gemeenschappelijke regeling, in zijn vergadering van 28 maart j.l. besloten u daartoe uit te nodigen. Graag stellen wij u voor aan deze uitnodiging gevolg te geven en het gevraagde besluit te nemen. Een ontwerp voor dat besluit ligt in het agendadossier ter inzage. Voor nadere bijzonderheden mogen wij u nog verwijzen naar de overige in het agendadossier opgenomen bescheiden. Daarbij bevindt zich ook een ontwerp-gewestraadsbesluit tot 4e wijziging van de gewestelijke begroting voor 1977 (met memorie van toelichting) houdende raming van de te verwachten kosten van de voorstudie openluchtrekreatie. Daaruit blijkt dat de ten laste van deze gemeente blijvende kosten worden geraamd op 1.403,97- Dit bedrag kan worden gedekt uit de post voor onvoorziene uitgaven. Wijziging van de gemeentebegroting 1977 zal tezijnertijd plaatsvinden. Desgewenst kunt u overeenkomstig het bepaalde in art. 37 van de gemeenschappelijke regeling, vóór 5 juni a.s. bezwaren tegen deze ontwerp-begrotingswijzing bij het dagelijks bestuur van het -Streekgewest-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1977 | | pagina 114