-3- -2- De heer Rijsdorp zegt voor die stukken wel een bepaalde be langstelling te hebben, in de eerste plaats omdat hij daar door wordt geïnformeerd-over hetgeen er in de direct aan Hoeven grenzende gemeenten leeft en in de tweede plaats omdat hij als afgevaardigde in de gewestraad graag op de hoogte is van datgene wat er in de tot het Streekgewest behorende gemeen ten aan de orde is. Spreker verzoekt het ter inzage leggen van die stukken te handhaven. Hierna deelt de voorzitter mede dat het ter inzage leggen van de betreffende stukken zal worden voortgezet. He heer Rijsdorp zegt graag nadere informaties te ontvangen om trent enige door hem schriftelijke gestelde vragen, waarop hij van het college antwoorden heeft ontvangen. He voorzitter stelt voor de informaties te verstrekken nadat de agenda is afgewerkt, met welk voorstel de raad, zonder hoofde lijke stemming, akkoord gaat. Hierna worden de ingekomen stukken, vermeld onder de nummers 1 t/m 10, zonder hoofdelijke stemming, voor kennisgeving aange nomen. 4.Krediet uitbreiding kleuterschool "He Reuzelaar". He heer Zagers merkt op erg geschrokken te zijn van het totaal bedrag en vooral het bedrag voor uitbreiding van de centrale verwarming vrij hoog te vinden. Spreker vraagt waar die grote bedragen vandaan komen. Be voorzitter antwoordt hierop dat ook het college het bedrag aan de hoge kant vindt, maar dat in deze een openbare aanbe steding heeft plaatsgevonden. Wethouder van den Bosch deelt mede dat hij, naar aanleiding van een vraag, gesteld in de commissie algemene zaken, de zaak nog eens heeft nagetrokken en van enkele bedrijven een prijs- calculatie heeft gevraagd. Spreker zegt dat voor wat betreft de centrale verwarming het bedrag thans op 7500,kan worden gesteld. Be heer Zagers vraagt in het vervolg reeds bij een verzoek om medewerking een geraamd bedrag bekend te maken. -Be- He voorzitter antwoordt hierop dat zulks niet mogelijk is. He heer Rijsdorp zegt zich af te vragen wat in feite de functie van de raad is en wat de verantwoordelijkheid van Burgemeester en wet houders aan de raad en omgekeerd inhoudt. Spreker zegt er namelijk niet van overtuigd te zijn dat er steeds juiste informatie wordt verstrekt en verwijst naar de vergadering van januari, waarin het voorstel tot het verlenen van medewerking voor uitbreiding van de kleuterschool aan de orde werd gesteld, waarbij werd medegedeeld da er nog geen tekening aanwezig was, terwijl op 11 februari reeds de openbare aanbesteding plaatsvond. Voorts deelt spreker mede dat de ter inzage liggende stukken niet volledig zijn en dat het werk reeds in uitvoering werd genomen voor dat daarvoor een krediet beschikbaar was gesteld. Spreker zegt zich; af te vragen wat onder een openbare aanbesteding wordt verstaan, om dat er in het onderhavige geval duidelijk sprake is van een onder handse aanbesteding, omdat uitsluitend plaatselijke aannemers in de gelegenheid zijn gesteld in te schrijven. Spreker zegt dan ook de aannemingssom in twijfel te trekken. He voorzitter antwoordt hierop dat het gewenst was om zo spoedig mogelijk met de bouw te beginnen en geeft vervolgens een overzicht van de te volgen procedure zoals die in de onderwijswetgeving is neergelegd en zoals die in de praktijk wordt gevolgd. Voor wat be treft de opmerking van de heer Rijsdorp inzake het niet volledig zijn van de stukken, deelt de voorzitter mede dat het niet uitge sloten moet worden geacht dat het bestek bij gemeentewerken berust en adviseert de heer Rijsdorp in het vervolg om naar stukken te vragen indien deze niet ter inzage liggen. Spreker zegt dat bij een verzoek om medewerking geen tekening be hoeft te worden overgelegd en dat het college een dergelijke tekening vóór de januarivergadering ook nog niet had gezien. He heer Rijsdorp zegt zich-af te vragen op grond van welk artikel he college het recht heeft opdracht te verstrekken met de bouw een aan vang te maken, zonder dat de raad daarin is gekend. He voorzitter deelt hierop mede dat in deze gewacht moesb worden op het bekend worden van de inrichtingskosten en dat het in deze wel licht mogelijk was geweest eerst een krediet aan te vragen voor de bouw en in een'later statium voor de inrichtingskosten. -Wethouder-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1976 | | pagina 83