Hierop antwoordt de voorzitter dat de heer Koremans hij schrijven
d.d. 6 april 1976 heeft medegedeeld dat hij zich heeft vergist,
omdat hij niet de juiste informatie heeft verkregen.
De heer Krijnen merkt naar aanleiding hiervan op dat de heer
Koremans voor de tweede maal zijn naam ten onrechte heeft ge
bruikt en dat er voor hem geen aanleiding bestond terzake met de
heer Koremans te discussiëren.
Haar aanleiding van het ingekomen stuk, vermeld onder nummer 5,
deelt de heer Broos mede dat hem na enig rekenwerk is gebleken
dat de kosten voor de regionale brandweer met ca 75$ zijn ge
stegen en dat de gemeente nu al 76,6 cent per inwoner moet
betalen. Spreker zegt dat bij de opleidingen ook leden van de
bedrijfsbrandweer van o.a. Philips aanwezig zijn en verzoekt de
voorzitter hieromtrent nadere informatie.
De voorzitter antwoordt hierop dat met betrekking tot de brand
veiligheid getracht moet worden het maximale te bereiken.
Spreker deelt mede dat in eerste instantie de regionale brand
weerkring beperkt is begonnen maar dat de gemeenschappelijke
samenwerking thans steeds effectiever gaat werken.
Voorts deelt de voorzitter mede dat de kosten inderdaad veel
hoger zijn geworden mede als gevolg van de normale prijs
stijgingen maar ook omdat bepaalde zaken thans via de regionale
brandweerkring lopen en niet meer direct via de gemeente. De
spreker wijst in dit verband naar de opleidingen, waarvan de
kosten voorheen door de gemeenten zelf werden gedragen maar dat
die opleidingen thans door de regionale brandweerkring worden
verzorgd. Ten stelligste ontkent de voorzitter dat de opleiding
van leden van bedrijfsbrandweerkorpsen door de gemeenten worden
betaald.
Tenslotte deelt de voorzitter mede te hopen dat in de eerst
volgende raadsvergadering de aanschaf van 2 nieuwe brandweer
auto's aan de orde zal komen.
De heer Oomen vraagt of er mogelijkheden zijn om ook in het
buitengebied brandputten te realiseren.
De voorzitter deelt mede dat het onmogelijk is om heel het
buitengebied van brandputten te voorzien omdat de kosten daar
van te hoog zijn.
Hierna worden de ingekomen stukken, vermeld onder de nummers
1 t/m 7, zonder hoofdelijke stemming voor kennisgeving aange
nomen.
4»Salarismaatregelen 1976.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
5.Herziening bepalingen vakantieuitkering.
Dit voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
6.Documentatiecentrum H.Hartschool Bosschenhoofd.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
In verband hiermede wordt de 9e wijziging van de gemeentebegroting
1976 vastgesteld.
7.Herziening Subsidieregeling voor jeugdwerk en Subsidieregeling
voor jeugdsport.
Dit voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
8.) Overdracht openbare gezondheidszorg aan Streekgewest
De heer Lockefeer deelt mede dat hij deze zaak wat Hoeven betreft
in de commissie van het Streekgewest heeft toegelicht en zegt
dat men daar voor het standpunt van Hoeven wel begrip kon
opbrengen. Spreker gaat in op de totstandkoming van de Schoolge-
zondheidsdienst Etten-Leur en zegt dat degemeente thans moreel
verplicht is aan deze dienst te blijven deelnemen, tot er een
redelijke oplossing is.
De heer Eijsdorp stelt voor binnen een zichtbaar tijdsbestek te
komen voor een voor alle drie partijen aanvaardbare oplossing.
De voorzitter deelt hierop mede dat de onderhavige kwestie regel
matig aan de orde komt in de vergadering van de schoolgezondheids-
dienst. Spreker zegt dat het moeilijk te bepalen is binnen welke
termijn de afbouw van de dienst moet plaatsvinden, omdat dat ook
afhankelijk is van een aantal andere factoren. Er zal echter
geen verbreding van het takenpakket van de Schoolgezondheidsdienst
Etten-Leur plaatshebben, aldus de voorzitter.
Wethouder van den Bosch merkt op dat in de vergadering van de
commissie algemene zaken de heer Kerstens heeft medegedeeld dat
de schoolgezondheidsdienst optimaal functioneertSpreker deelt
voorts mede dat de commissie zich heeft afgevraagd om welk belang
het hier in feite gaat, het belang van het Streekgewest of het
belang van de kinderen. Spreker zegt dat de commissie duidelijk
heeft gesteld dat wel moet worden aangesloten bij de regeling
van het Streekgewest, maar dat daarbij gebruikmaking van de
huidige regeling moet blijven prevaleren.
- Hierna -
