-3- -2- Toen de definitieve regeling dan ook aan de gemeenteraden werd voorgelegd, had deze een geheel ander vertrekpunt, dan die van 19&5» De gedachte aan grote regionale woonwagencentra was verlaten. Daar voor in de plaats kwam het standpunt dat de Westhrahantse gemeenten gezamenlijk zorg moeten hebben voor de woonwagenbevolking die in ons gebied is neergestreken. In het nieuwe C.R.M.- en Gedeputeerde Einmahl-beleid is de over heidszorg voor de woonwagenbevolking en een evenredige "belasting" voor woonwagencentrazorg een plicht van medebewind, waaraan de gemeentebesturen, ook terwille van elkaar, zich niet mogen ont trekken. Het uitgangspunt moet zijn en blijven dat de schap gemeenten samen zo goed mogelijk een geïntegreerd woonwagenbeleid in Vest-Brabant zullen vormgeven. In verband hiermede zal geaccepteerd moeten worden dat in alle gemeenten een woonwagencentrum tot stand komt dat op maximaal 500 meter van de bebouwde kom gesitueerd moet zijn. Een woonwagencentrum dat op grote afstand van 'n bebouwde kom is gelegen levert volgens genoemde beleidsuitgangspunten namelijk geen bijdrage aan "de bevor dering van het maatschappelijk welzijn van de woonwagenbevolking en de integratie van deze bevolking in de plaatselijke gemeenschap". Hierdoor voldoet het woonwagenkampje in de gemeente Hoeven - dat op 2-§- km van de kom van Bosschenhoofd en 3 km van de kom van Hoeven is gelegen - niet aan de eisen zoals die zijn gesteld door het ministerie van C.E.M., hetgeen de subsidieverlening voor de broodnodige renovatie van het kampje op losse schroeven zet." In verband hiermede is op aandringen van het provinciaal bestuur een ambtelijke werkgroep ingesteld die moest trachten alter natieve locaties voor te stellen, die wel aan de eisen van het ministerie van C.R.M. zouden voldoen en waaruit een definitieve keuze onder goedkeuring van de Provincie zou moeten worden gedaan. De werkgroep is er evenwel niet in geslaagd een geschikte locatie te vinden en daarom zal dezerzijds alsnog aan het college van Gedeputeerde Staten voorgesteld worden met de huidige locatie akkoord te gaan en te willen bevorderen dat ook het ministerie van C.R.M. op dit punt overstag gaat en derhalve alsnog subsidie zal toekennen voor de renovatie van het huidige kampje. Wij vinden daarbij steun bij de bewoners van dit kampje, die met de huidige plaats zeer ingenomen zijn en geen enkele behoefte hebben aan ver plaatsing. - Doordat - Doordat de gemeenschappelijke regeling op 1 november 1974 in werking is getreden zal wel uitvoering gegeven moeten worden aan art. 27 van deze regeling waarin wordt gesteld dat het beheer en exploitatie van de in artikel 26 vermelde woonwagencentra (waaronder Hoeven) komen te berusten bij het rechtspersoonlijkheid bezittend lichaam Woonwagencentra West-Brabant. Op grond van het tweede lid van dat artikel zal daartoe het lichaam met elk van de in artikel 26 genoemde gemeenten een regeling dienen te treffen tot overname van dat beheer en die exploitatie c.q. tot overname van rechten en verplichtingen met betrekking tot een woonwagencentrum of tot overname van eigendom. Het dagelijks bestuur van Woonwagencentra West-Brabant is van mening dat in ieder geval het beheer en de exploitatie van de kampen van de aangesloten gemeenten en de kosten daarvan thuis horen bij het intergemeentelijk lichaam. Gezien de discutabele locatie van een aantal van de plaatselijke woonwagencentra wordt er de voorkeur aan gegeven (voorlopig) niet de eigendom van de grond en de opstallen en verdere voorzieningen over te nemen. Voor het gebruik van grond en opstallen en verdere voorzieningen zal door het intergemeentelijk lichaam aan de betreffende gemeente een vergoeding worden toegekend (punt II. 2. van de ontwerp-overeen- komst), op basis van de boe.kwaarde van de grond per 1 januari 1976 en de boekwaarde per 1 januari 1976 van de investeringen, zulks met inachtneming van een normale afschrijvingsduur van de oorspronkelijke inve st eringsko st en Wij stellen u voor het beheer en de exploitatie van het in onze gemeente gelegen kampje aan het rechtspersoonlijkheid bezittend lichaam "Woonwagencentra West-Brabant" over te dragen, zulks conform de voor u bij de stukken ter inzage gelegde concept-overeenkomst. Ook de overige op dit voorstel betrekking hebbende stukken liggen voor u in het agenda-dossier ter inzage. De commissie algemene zaken en de commissie algemeen financieel beheer, ruimtelijke ordening en recreatie zijn gehoord. Burgemeester en wethouders van Hoeven. Twaalfhoven, burgemeester. Vergouwen, secretaris.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1976 | | pagina 49