-4-
GEMEENTE HOEVEN
Een ontwerp-besluit ligt met de overige op deze zaak "betrekking
hebbende stukken voor u in het agenda-dossier ter inzage.
De commissie algemene zaken en de commissie algemeen financieel
beheer, ruimtelijke ordening en recreatie zijn gehoord.
Burgemeester en wethouders van Hoeven.
Twaalfhoven, burgemeester.
Vergouwen, secretaris.
Agendanr.9. Raadsvergadering d.d. 29 april 1976.
Onderwerp: Overname woonwagencentra.
HOEVEN, 9 april 1976.
Het wonen in woonwagens is sinds 1918 voorwerp van wetgeving
geworden. De beleidsmotieven in de wet van 1918 waren:
- weren van woonwagens die niet aan de wettelijke eisen voldoen;
- tegengaan van overbewoning van woonwagens;
- tegengaan van bewoning door personen die niet over voldoende
middelen van bestaan beschikken;
- tegengaan van de verspreiding van besmettelijke ziekten.
De wet van 1918 is vervangen door de Woonwagenwet van 1968.
De beleidsmotieven in de nieuwe wet zijn:
- bevordering van het welzijn van de woonwagenbevolking;
- aangepast lager onderwijs ter verheffing van het maatschappelijk
peil;
- aangepaste locaties i.v.m. gezondheid, maatschappelijk werk enz.;
- verplichting voor de gemeentebesturen om locaties (evt. in samen
werking) in stand te houden.
In 1965 gingen de West-Brabantse gemeenten een eerste gemeen
schappelijke regeling aan. Deze regeling stelde zich ten doel de
stichting en exploitatie van één regionaal kamp te Roosendaal, voor
alle deelnemende gemeenten.
Het ontwerp voor de tweede gemeenschappenjke regeling tot
stichting en exploitatie van woonwagencentra in Westelijk Noord-Brabanl
ging nog uit van 2 regionale kampen (te Roosendaal en Bergen op Zoom)
alsmede van 2 nevenkampen (te Steenbergen en Klundert).
Nog voor dit ontwerp aan de raden van de samenwerkende gemeenten
kon worden aangeboden, gaf de minister van C.R.M. bij circulaire van
19 september 1975 blijk van een beleidsombuiging. Deze circulaire
hield n.l. de ondubbelzinnige erkenning in, dat tegen de achtergrond
van de gewijzigde opvattingen het grote, regionale centrum als middel
van welzijnsbevordering voor woonwagenbewoners in vele gevallen een
minder gelukkige keuze is gebleken.
- Toen