-14- Als u ons ultimatum (uw woorden) en vaststelling van een datum als aanmatigend "beschouwt, is onze fractie benieuwd welke woord speling uw college toepast voor het als maar beloven,- verwijzen, volgend jaar, binnen korte tijd enz., wat tot op heden in deze door u is gedaan, met betrekking tot de in Bosschenhoofd te houden hearing. Wij zijn benieuwd. Over onze plannen met betrekking tot onder andere het Groot Seminarie, C.A.I. enz. hopen wij u in de komende maanden verder te informeren. Wij hebben geen kans gezien, in deze korte tijd, (voorzitter, dit is geenverwijtalleen een vast stelling) verder onze standpunten inzake uw beantwoording uit te discussiëren. Als grootste fractie dienen wij hierover zeker te contacten met onze achterban. Mijnheer de voorzitter, wij zijn niet ingegaan op de be schouwingen van de fracties van Eekelen, Eerstens en V.V.D. Natuurlijk hebben anderen dit wel gedaan, natuurlijk werden onze beschouwingen aangevallen, maar, mijnheer de voorzitter, onze beschouwingen zijn onze zienswijze op het toekomstige beleid. De beantwoording verwachten wij van uw college, niet van raadsleden. De raadsleden krijgen voldoende gelegenheid hun mening te uiten als wij in de loop van 1977» onze amendementen indienen. Niettemin bedankt voor deze beschikbaar gestelde gelegenheid. De voorzitter merkt op dat er nu weer nieuwe vragen naar voren zijn gekomen en verzoekt de raadsleden om het volgende jaar hun- algemene beschouwingen te beëindigen met een samenvatting van de vragen, waarop zij antwoord verlangen. Spreker stelt voor thans over te gaan tot het paginagewijs behandelen van het x-zederwoord op de algemene beschouwingen en deelt mede dat vragen, waarop niet is geantwoord eventueel ook schriftelijk kunnen worden beantwoord. De heer Eijsdorp protesteert tegen deze gang van zaken en zegt dat in de vorige vergadering de algemene beschouwingen zijn ge houden waarbij vragen zijn gesteld, welke vragen al of niet zijn beantwoord, met welke beantwoording men het al of niet eens is. Spreker zegt dat het college achter de tafel zit ook om vragen mondeling te beantwoorden en merkt op dat als het vragenspel uitsluitend schriftelijk kan plaatsvinden men niet op de goede weg is. -De- -15- De voorzitter zegt dat men het het college niet kwalijk kan nemen dat, gezien de beperkt beschikbare tijd, niet uitgebreid op alle vragen en stellingen is ingegaan. Hierna wordt overgegaan tot het per pagina behandelen van het wederwoord. De voorzitter verzoekt de raadsleden de niet- of niet voldoende beantwoorde vragen daarbij alsnog aan de orde ze everzer. Naar aanleiding van het gestelde op pagina 1 zegt de heer Eerzvens bs, zwaar te maken tegen de opmerking- van de fractie van den Bosch ten aanzien van de administratie van de Stichting Bosbad Hoeven en zegt dat die fractie een heel verkeerde opvatting heeft van die admini stratie omdat deze meer inhoudt dan postzegels plakken en enveloppen vullen. De voorzitter deelt mede dat de Verenigixg van Nederlandse Gemeenten ongeveer twee jaar geleden een onderzoek, als bedoeld door de heer Eijsdorp, heeft ingesteld en dat daaruit is gebleken dat het financieel en organisatorisch nog niet mogelijk was een afzonderlijk! dienst in te stellen. Spreker zegt dat hij de administratie van de Stichting graag uit efficiency- overwegingen, als een soort tak van dienst, binnen het gemeentehuis zou willen houden. Toorts deelt de voorzitter mede dat de Stichting Bosbad Hoeven jaarlijks een be drag van 85.000,aan de gemeente betaalt als vergoeding voor het verzorgen van de administratie en dat bovendien in 1977 nog een tijdschrijving zal plaats hebben, t.b.v. een juiste beoordeling van bedoeld vergoedingsbedrag. De heer Eijsdorp zegt dat de Stichting Bosbad Hoeven geen tak van dienst is, zoals de gemeentewet bedoelt en waarmede de raad zich 'kan bezighouden. Spreker spreekt zijn bewondering uit over de activiteiten van de Stichting en merkt op dat het onderzoek vanwege de Tereniging van Nederlandse Gemeenten twee jaar gelegen heeft plaatsgevonden en stelt de raad voor om burgemeester en wethouders te verzoeken om de Vereniging van Nederlandse Gemeenten een onder zoek te laten instellen naar de meest gewenste efficiënte vorm, waarbinnen de recreatie-objecten kunnen worden geleid. Op de vraag van de voorzitter wie van de raadsleden het voorstel van de heer Eijsdorp wenst te ondersteunen, wordt door niemand gerea geerd, zodat derhalve het voorstel niet in behandeling kan worden genomen.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1976 | | pagina 227