-3-
-2-
Sprelcer stelt voor daartoe de gelegenheid te geven nadat de
agenda is afgewerkt, met welk voorstel de raad, zonder
hoofdelijke stemming, akkoord gaat.
Naar aanleiding van het ingekomen stuk, vermeld onder
nummer 10, vraagt de heer Eijsdorp om "bij het college van
Gedeputeerde Staten nogmaals op een snelle behandeling aan te
dringen, omdat het hier een zeer belangrijke en dringende zaak
betreft
De voorzitter zegt het een nare zaak te vinden dat het be
stemmingsplan "Bosschenhoofd-West" nog niet is goedgekeurd en
deelt mede dat er vanwege het college van burgemeester en wet
houders alles aan wordt gedaan om zo spoedig mogelijk die
goedkeuring te verkrijgen. Spreker zegt het een goede zaak te
vinden dat in deze het gevoelen van de raad nog eens bij
Gedeputeerde Staten kenbaar wordt gemaakt.
Naar aanleiding van de in het blauwe mapje ter inzage liggende
nota over de werkgelegenheid zegt de heer Eijsdorp dat daarin
door Gedeputeerde Staten wordt verzocht om een antwoord en
vraagt of de gemeente aan dit verzoek heeft voldaan en zo ja,
wat daarop is geantwoord.
De voorzitter deelt hierop mede dat het college inderdaad is
ingegaan op het verzoek van Gedeputeerde Staten en dat daarbij
is geconformeerd aan de besluitvorming van het Streekgewest
De heer Eijsdorp zegt dit antwoord bij de stukken te hebben
gemist en deelt mede het op prijs te stellen dat de stukken
volledig ter inzage worden gelegd.
Hierop deelt de voorzitter mede reeds meerdere malen te hebben
gezegd dat als er bij de ter inzage liggende stukken bepaalde
stukken ontbreken dan steeds aan de secretaeis kan 'worden ge
vraagd deze alsnog toe te voegen.
Toorts deelt de heer Eijsdorp mede dat hij het op prijs zou
stellen dat van gemeentewege adhesie wordt betuigd aan de
brief van de heer Verbeek met betrekking tot het persgemaal
aan het Gors.
-De-
De voorzitter antwoordt hierop dat de gemeente zulks op indirecte
wijze reeds heeft gedaan door middel van het vragen van adviezen
aan diverse terzake deskundige instanties en dat momenteel \wordt
onderzocht welke voorwaarden aan de hinderwetvergunning zouden
kunnen worden toegevoegd om aan de overlast een einde te maken.
Spreker deelt mede dat onlangs van de Inspecteur van de Volks
gezondheid een rapport is ontvangen waarin suggesties worden gedaan
om de hinder te beëindigen.
Met betrekking tot de bouw van het overdekt recreatiebad merkt de
heer Eijsdorp op dat hij de contractstukken niet in het blauwe
mapje heeft aangetroffen zoals was toegezegd.
De voorzitter reageert hierop met de opmerking dat de heer Eijsdorp
precies weet hoe in deze de vork aan de steel zit.
De heer Eijsdorp zegt de contractstukken niet te kennen, dus ook
niet de inhoud daarvan. Spreker zegt dat het contract niet in de
bouwvergaderingen aan de orde is geweest en dat de toezegging is
gedaan dat de stukken zo snel mogelijk aan de raad ter inzage zouden
worden aangeboden.
De voorzitter deelt hierop mede dat het contract nog niet is onder
tekend en dat de heer Eijsdorp desgewenst de betreffende ontwerp-
bescheiden bij het hoofd van gemeentewerken kan inzien.
Naar aanleiding van een vraag van de heer Eijsdorp om het contract,
na ondertekening, naar hem toe te sturen antwoordt de voorzitter
dat zulks niet mogelijk is en dat het stuk in ieder geval ter inzage
zal worden gelegd.
Tijdens deze discussie, is wethouder van den Bosch ter vergadering
gekomen.
De heer Eijsdorp zegt dat hij in het blauwe mapje ae beantwoording
van de interpellatie van de fractie Kerstens-Zagers heeft aange
troffen en deelt mede dat hij dit stuk belangrijk genoeg acht om aan
de raadsleden toe te zenden. Spreker zegt dat als de interpellatie
tijdens de raadsvergadering zou zijn behandeld, de beantwoording
deel zou hebben uitgemaakt van de notulen, die toch ook aan de
raadsleden worden toegezonden. Spreker deelt mede dat het vroeger
de gewoonte was dat de vragen met hun antwoorden deel uitmaakten
van de notulen, hetgeen voor de raadsleden erg gemakkelijk was, om
dat zij daardoor nog eens konden nagaan of over bepaalde onder
werpen reeds vragen waren gesteld.
-Spreker-