Indien deze kostenopzet, die in verhand met het ontbreken van nadere gegevens, voor 1974 nog praktisch geheel is gebaseerd op ramings- cijfers, haalbaar blijkt, is de gemeente Hoeven als bijdrage aan het Woonwagencentrum een bedrag verschuldigd van 2.708,16 nl. 6944 inwoners a 39 cent. Een vergelijking van dit bedrag met de raming, zoals die is opge nomen in de gemeentebegroting 1974» toont aan, dat onze gemeente bij deelname aan de gemeenschappelijke regeling een netto financieel voordeel heeft van 312,59» In de gemeentebegroting is namelijk de uitgaaf 3.495,75 geraamd, terwijl wegens opbrengst van staangeld 475»-- is opgenomen. Deze netto kosten ad 3.020,75» gezien tegenover de in 1974 geraamde bijdrage van 2.708,16 geeft het reeds genoemde voordeel van f 312,59» Gezien het bovenstaande, alsmede gelet op het feit dat de bestaande gemeenschappelijke regeling als achterhaald moet worden beschouwd, stellen wij u voor de "Intergemeentelijke Regeling Woonwagencentrum West-Brabant" in te trekken en aan te gaan de "Gemeenschappelijke regeling tot stichting en exploitatie van woonwagencentra in Westelijk Noord-Brabant", zoals die in ontwerp in het agendadossier ter inzage is gelegd. Eveneens ligt in het agendadossier een globaal overzicht van de exploitatiekosten van een woonwagencentrum in Roosendaal voor u ter inzage. De commissie algemene zaken is gehoord. Burgemeester en wethouders van Hoeven. Twaalfhoven, burgemeester. Vergouwen, secretaris.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1974 | | pagina 31