Raadsvergadering d.d. 31 januari 1974
Agendanr. 1 2
Onderwerp intergemeentelijke regeling woonwagencentra West-Brabant.
HOEVEN, 18 januari 1974*
Bij besluit d.d. 22 juli 1965 heeft u besloten toe te treden tot
de "Gemeenschappelijke regeling tot stichting en exploitatie van een
regionaal woonwagenkamp in Westelijk Noord-Brabant".
Deze gemeenschappelijke regeling had ten doels
a.te voorzien in de behoefte aan een aan de eisen van ruimte en gerief
behoorlijk beantwoordend woonwagenkamp?
b.) te voorzien in de verzorging van de belangen van de kampbewoners
zoveel mogelijk door en in samenwerking met het particulier initia
tief.
Inmiddels is het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappe
lijk Werk de problematiek rondom de woonwagenbewoners en hun huisvesting
anders gaan benaderen, zulks mede ook als gevolg van de activiteiten
van de actie- c.q. pressiegroepen van de woonwagenbewoners zelf. Thans
wordt als hoofddoel gehanteerd; het bevorderen van het maatschappelijk
welzijn van de woonwagenbewoners. De woonwagenwet regelt deze materie.
Ofschoon er nog pas enkele jaren een beleid gevoerd wordt op basis van
deze wet is tegen de achtergrond van de gewijzigde opvattingen over het
leef- en woonmilieu van de betrokken groep duidelijk geworden dat het
grote regionale woonwagencentrum als middel ter bevordering van het
maatschappelijk welzijn van de bewoners in veel gevallen een minder
gelukkige keuze was.
Teneinde zich zoveel mogelijk aan de gewijzigde inzichten aan te
passen heeft het bestuur van het Woonwagencentrum West-Brabant een
nieuwe regeling ontworpen. Als uitgangspunt wordt daarbij genomen dat de
regio moet gaan fungeren als werkorgaan. Zowel Roosendaal als Bergen op
Zoom moeten hun activiteiten met betrekking tot de woonwagenkampen en
-bewoners staken. Een en ander dient te worden overgedragen aan een
centraal orgaan. Daartoe wordt ingevolge de nieuwe regeling een rechts
persoonlijkheid bezittend lichaam ingesteld genaamds "Woonwagencentrum
West-Brabant", gevestigd te Roosendaal (artikel 2),
- Dit -