^1 Naar de mening van spreker kan op de meeste vragen op eenvoudige wijze antwoord worden verkregen met een telefoontje naar de secretarie of met een "bezoek aan het gemeentehuis» De heren Lockefeer en Nuijten zeggen het "betoog van de heer Wens volledig te kunnen onderschrijven. De heer Eerstens zegt dat de beantwoording van vragen gemakkelijker zou kunnen zijn als maandelijks commissievergaderingen woraen gehouden. De voorzitter zegt deze zienswijze niet te kunnen delen omdat de in de commissievergageringen aanwezige ambtenaren niet altijd in staat zullen zijn om op de vragen een juist antwoord te geven. Wethouder van den Bosch zegt dat de raadsleden niet het recht mag worden ontzegd om vragen te stellen. Rekening is te houden met de politieke belangen die daaraan voor de raadsleden verbonden kunnen zijn. Spreker zegt het niet persé noodzakelijk te vinden dat gestelde vragen in de raadsvergadering worden beantwoord. In een aantal gevallen zal zeker kunnen worden volstaan met schriftelijke beant woording. Zonodig kan het betreffende raadslid dan in de volgende vergadering daarop terug komen, aldus wethouder van den Bosch. De heer Rijsdorp wijst er op dat bepaalde vragen ook voor de in woners en voor de pers van belang kunnen zijn. Schriftelijke vragen zijn ingediend door de heren Rijsdorp, Oomen, Eerstens en Zagers. De heren Rijsdorp en Oomen verklaren in te stemmen met een schrifte lijk antwoord op de door hen gestelde vragen. Nadat de heren Eerstens en Zagers hebben gezegd prijs te stellen op een mondelinge behandeling van hun vragen gaat de voorzitter daartoe over. De vragen en de daarop betrekking hebbende antwoorden zijn aan deze notulen gehecht en kunnen geacht worden daarmede één geheel uit te maken. 15.) Sluiting. Niets meer Vihn de orde zijnde sluit de voorzitter daarna de vergadering mèt gebe us vast vefgaderpig •van,.. [e secretarisvoorzitter,

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1974 | | pagina 272