gemeente Hoeven
Agendanr. 7
Raadsvergadering d.d. 19 april 1973«
Onderwerp' eenaali£e ondersteuning aan Stichting "Centrale voor pleeggezinnen
MoorcI-Brabant en Limburg".
HOEVEN, 13 april 1973„
De Stichting "Centrale voor pleeggezinnen Hoord-Brabant en
Limburg" heeft bij brief van 25 januari jol. verzocht in aanmerking
te konen voor een eenmalige ondersteuning.
In geheel Hederland zijn in totaal vijf van deze Centrales werk
zaam. Zij hebben o.n. als taak het werven en selecteren, c.q. voor-
selecteren van adspirant-pleeggezinnen. Deze pleeggezinnen zijn nodig
voor kinderen die thans nog in internaten/kindertehuizen verblijven
doch waarvan de deskundigen in de kinderbescherming van mening zijn?
dat voor hen een "gewoon" gezin de beste kansen biedt voor de verdere
ontplooiing en voorbereiding' op maatschappij en gezinsleven. I.v.n.
echtscheidingen nissen vele honderden Brabantse en Limburgse jongens en
meisjes de mogelijkheid op een normaal gezinsleven.
De Stichting "Centrale voor pleeggezinnen Noord-Brabant en Limburg"
organiseert daarom regelmatig plaatselijk-regionele wervingsacties voor
pleeggezinnen. Bij zo'n campagne wordt via kerken, parochiebladen, kerk-
boues, dag- en nieuwsbladen, "kinderbeschermingskranten", folders on
raamaffiches een massaal beroep op de gezinnen gedaan om zich voor het
verkrijgen van nadere inlichtingen omtrent het in huis nemen van een
pleegkind, bij de kinderbescherming aan te melden.
Tijdens zo'n campagne trokken maatschappelijk werkers er op uits
als gastpreker in kerken, als inleider op vergaderingen van sociale
werksters, leraren-, onderwijzers- en hoofdenlcringen.
Aan dergelijke acties zijn uiteraard vele kosten verbonden. Alle
mankracht van de stichting wordt volledig door het rijk gesubsidieerd,
doch de activiteiten die moeten worden georganiseerd om voldoende
gezinnen te vinden, zijn niet subsidiabel, evenmin als het salaris van
de medewerkers, die speciaal voor de wervingsacties zijn ingezet.
De voor onze gemeente gevraagde eenmalige bijdrage bedraagt
f 440,63.
Hij tekenen hierbij aan dat het inderdaad om een eenmalige onder
steuning gaat, daar de Centrale voor pleeggezinnen met ingang van 1974
op haar jaarbegroting voor het Ministerie van Justitie alle kosten voor
werving en publiciteit mag opvoeren.