-2-
6.Aanvragen en toekennen van leningen en bijdragen ten behoeve van
de Stichting Woningbouw "St.Bernardus" te Oudenbosch voor reali
sering van 3 be.iaardenwoningen te Bosschenhoofd.
Het voorstel xrordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen door vast
stelling van het besluit tot 39e wijziging van de gemeentebegroting
1973.
7.Beschikbaarstelling van een aanvullend krediet ten behoeve van voor
bereiding van aanvullende werkgelegenheidsob.iecten.
Ter toelichting van het voorstel deelt de voorzitter mede dat het
leggen van riolering in de Uilenspiegelstraat alleen maar mogelijk
zal zijn als een rijkssubsidie kan worden verkregen.
Spreker zegt het noodzakelijk te vinden dat, als een rijkssubsidie
wordt toegekend, nader beraad plaats vindt over de financiering en
dekking van de ten laste van de gemeente blijvende kosten.
De heren van Merode en Oomen informeren naar de mogelijkheid om ook
voor verlenging van de riolering van de Brede Balrouw een rijks
subsidie te vragen.
De voorzitter zegt dat eerst nagegaan moet worden of deze verlenging
technisch en financieel haalbaar is.
Bekend is reeds dat kostbare voorzieningen nodig zullen zijn in de
vorm van te plaatsen pompgemalen.
Waar het om weinig panden gaat, is het de vraag of zelfs met een
hoge subsidie van het rijk de zaak financieel rond is te maken,
aldus de voorzitter.
Met betrekking tot de riolering in de Uilenspiegelstraat wijst de
heer Pfaff op de voorgeschiedenis en op de lage prijzen, waarvoor
de bouwgrond destijds in niet bouwrijpe staat werd verkocht.
Haar de mening van spreker is hier uiterste voorzichtigheid geboden.
De voorzitter zegt dat de riolering van deze straat de gemeente
weinig of geen geld mag kosten. Anderzijds ontstaan er bij de be
treffende bewoners wel problemen, doordat de zinkputten dicht slibben.
Spreker zegt het waardevol te vinden dat langs de weg van subsidie
wordt getracht tot een verantwoorde oplossing te komen.
Daarbij zouden de niet gedekte kosten eventueel kunnen worden ver
haald in de vorm van een baatbelasting, aldus de voorzitter.
De heer Eerstens en Huijten zeggen geen voorstander te zijn van
invoering van een baatbelasting en veel meer te voelen voor een
regeling waarbij de bewoners een bijdrage ineens betalen.
- De -
