-4- Betrokkene stelt evenwel, dat er geen voldoende argumenten zijn aan te voeren voor de bestemming "agrarische doeleinden II", temeer niet, aangezien binnen afzienbare tijd dit perceel niet in aanmerking zal komen voor de verwerkelijking van niet-agrarische bestemmingen. Indien betrokkene terecht op perceel D nr. 1199 de vestiging van een agrarisch bedrijf mogelijk houdt, dan zon hieruit zijn af te leiden, dat de ver kregen informaties niet geheel juist zijn. In dat geval dient terecht de primaire bestemming te prevaleren, mits een zekere marge wordt aan gehouden tot perceel I) nr. 1533 net aanwezige burgerbebouwing. Deze marge dient 30 a 40 m te bedragen, welke maat ook elders in het plan is aangehouden. Wij adviseren u dan ook de bestemming voor perceel selctie D nr. 1199 te wijzigen in "agrarische doeleinden I", met uitzondering van een strook van 30 40 m grenzend en evenwijdig aan perceel selctie D nr. 1533 en uiteraard met aanpassing van de bebouwingsgrens. Opgemerkt wordt nog, dat ook in het volgende bezwaarschrift (van de heer Verstegen) het perceel D nr. 1199 ter sprake komt. Vergelijking van beide bezwaarschriften op dit punt is niet mogelijk, gezien de principiële verschillen tussen het gevraagde grondgebruik (enerzijds agrarisch, anderzijds caravan-verkoop)Het totaal van overwegingen is in het laatste geval anders. 2. Bezwaarschrift J. Verstegen. De heer Verstegen maakt er bezwaren tegens 1e dat aan het terrein aan de noordzijde van Achter 't Hof (hoek Antwerpsepostbaan)zijnde perceel sektie D nr. 1199, alsmede aan de terreinen naast en achter de woningen Achter 't Hof 31, 29 en 25, niet de bestemming "verkoopdoeleinden caravans" is gegeven, terwijl deze gronden momenteel toch als zodanig bij hem in gebruik zijn. Hij verzoekt daarom aan bedoelde gronden alsnog die bestem ming te geven5 2e dat de wijzigingsbevoegdheid zich alleen uitstrekt tot de bestem ming "agrarische doeleinden I". Hij verzoekt daarom die wijzigings bevoegdheid ook uit te strekken tot de bestemmingen "agrarische doeleinden II en III"; 3e dat bewoning van de woning Achter 't Hof 25 door zijn dochter en haar gezin, mogelijk in strijd zou zijn met art. 9 van de voor schriften en verzoekt, indien dit .inderdaad het geval is, het plan zodanig te wijzigen, dat die woning voor bewoning beschikbaar blijft 4e het bepaalde in artikel 22 lid A sub 4c van de voorschriften en verzoekt deze bepaling te schrappen? - 5e

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1973 | | pagina 222