-5-
■éfilttiiittfitfiÉü
Artilcel E 13, lid 2
De punt na het woorcl "ontslagen" vervangen door een komma en toegevoegd
wordt "tenzij hij recht heeft op een dadelijl.: ingaand invaliditeits
pensioen volgens de bepalingen van do Algemene burgerlijke pensioenwet,
in xirelk geval de termijn van één jaar wordt gesteld op twee jaar".
De woorden "Dit lid vindt geen toepassing op enz" vervallen.
De leden 3, 4, 5, 6, 7 en 8 worden vernummerd tot resp. 4, 5, 6, 7, 8 en
S
Ingevoegd wordt eon nieuw lid 3, luidende als volgt2
"De leden 1 en 2 vinden goen toepassing op;
a. degene die op de datum van ing'ang van zijn ontslag of daarna ver
zekerde is geworden in de zin van de Ziektewet, tenzij hij in ver
band met het bepaalde in artikel 44, lid 1 onder a. jo. lid 2, dier
wet geen aanspraak kan maken op ziekengeld;
b. degene die op de datuia van ingang van zijn ontslag of daarna uit
sluitend in verband met het bepaalde in artikel 6, lid 1 onder a en
b van de Ziektewet niet ingevolge die wet verzekerd is."
Toelichting
Zoals de tekst nu luidt komt degene die na ontslag alsnog wordt afge
keurd en in het genot wordt gesteld van een invaliditeitspensioen
niet in aanmerking voor een "nawerking" van twee jaar. Waar in het
eerste lid duidelijk de nawerking van twee jaar thans is gerelateerd
aan het invaliditeitspensioen is het niet te verdedigen waarom dit
dan niet mutatis mutandis voor dit geval zou gelden. 1
Waar enerzijds iets wordt gemitigeerd, bij uitkeringen aan hen die
geen recht op invaliditeitspensioen kunnen doen gelden en voor hen
derhalve meer aansluiting wordt verkregen met de sociale verzeke-
ringswetgeving, staat een uitbreiding va,n rechten voor de in dit
lid. genoemde categorie van invalicliteitspensioengerechtigden daar
duidelijk ter compensatie tegenover.
Door het mede niet van toepassing verklaren van lid 1 wordt in een
omissie voorzien.
Artikel E 13, lid__3 (ra vernummering 4)
De opsomming aan het einde van dit lid uitbreiden met een onderdeel c.
c. degene die in het genot is van een horplaatsingswachtgeld als be
doeld. in artikel IC van de Algemene burgerlijke pensioenwet.
Toelichtings
Uit de tekst van lid 3 blijkt dat de nawerking slechts geldt indien
o.a. geen recht bestaat op een invaliditeitspensioen krachtens de
A.B.P.
Hoewel de herplaatsbaar verklaarde ambtenaar die een herplaatsings
wachtgeld geniet wel aanspraak heeft op een invaliditeitspensioen,
doch geen dadelijk ingaand recht, zou op grond hiervan bij een enge 1
interpretatie van dit artikellid kunnen worden gesteld, dat hier toch
een uitkering op de voet van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsver
zekering moet worden toegekend.
Enerzijds is dit geenszins de bedoeling (vgl. tekst artikel 44, lid
2, A.R.A.R., waar gesproken wordt over "aanspraak op een invalidi
teitspensioen", hetgeen mede een toekenning in de toekomst omvat),
anderzijds zou de grote moeilijkheid ontstaan dat een percentage
arbeidsongeschiktheid moet worden vastgesteld.. Aangezien op de
ettelijke d.oor vele organen gestelde vragen aan de directie van het
Algemeen burgerlijk pensioenfonds om bij gevallen van herplaatsbaar-
heidsverklaring van oen afgekeurde ambtenaar inzicht te verkrijgen in
de mate van arbeidsongeschiktheid nimmer een positief antwoord werd
ontvangen, zullen de gemeenten voor de bepaling van de graad van
arbeidsongeschiktheid te rade moeten gaan bij hetzij een goed