Ad,_b. De tweede methode - het verstrekken van een jaarlijkse bijdrage
ten laste van de gewone dienst gedurende een aantal jaren - heeft het
voordeeldat de financieringspositie van de gemeente niet wordt aange
tast» Hier staat tegenover, dat de gewone dienst gedurende een aantal
jaren wordt belast - dit verschijnsel doet zich trouwens in alle
gevallen voor, zij het in verschillende varianten, t.w. blijvend rente
verlies, rente en afschrijving gedurende een aantal jaren, of een jaar
lijkse bijdrage gedurende een aantal jaren - terwijl de Stichting Halder-
berg niet ineens van de last wordt bevrijd» Deze last neemt bij methode
b immers slechts af met de jaarlijkse bijdrage van de gemeente, maar
wordt weer verhoogd met de jaarlijkse financieringskosten (rente) van
het, elk jaar kleiner wordend, restant»
Aangezien de gewone dienst bij beide hiergenoemde methoden wordt
belast, hetzij met een afschrijvingsbedrag rente, hetzij met een
bijdrage, hetzij met blijvend renteverlies, hebben wij gezocht naar de
meest geschikte dekkingsmiddelen. Omdat de uitgaaf in de sfeer ligt van
onrendabele sociale kosten, t.w. de huisvesting van bejaarden, menen wij,
dat - ongeacht de methode die wordt gekozen - voor de dekking een beroep
kan worden gedaan oP de opbrengst van de bezittingen van de opgeheven
Instelling voor sociale hulpverlening.
Deze opbrengst is in de begroting 1972 geraamd op f 4.951,27
(post 288). Deze opbrengst kan in de toekomst worden verhoogd met de
pacht van de percelen sectie D nrs. 29, 220, 221 en 1547 (landbouw
gronden en gemeentebos), die 8.360,— zal bedragen na volledige
inbreng in de camping. Omdat in 1972 alleen het gemeentebos, sectie D
nr. 1547, als kampeerterrein wordt gebruikt, moet de meerdere pachtop-
brengst voor het lopende jaar worden geraamd op 4.000,--. Over 1972
zal de totale opbrengst dus ongeveer f 8.550,— bedragen en over volgende
jaren ongeveer 13.000,
Bij raadsbesluit van 27 april 1972 tot 10e wijziging van de
begroting 1972 is echter over de opbrengst 1972 reeds beschikt tot een
bedrag van j 3.850,-- en wel t.b.v. de verbouwing van de bejaarden»
sociëteit. Aangezien deze investering in 10 jaar wordt afgeschreven,
kunnen de gemiddelde kapitaalslasten op 3.025,— worden gesteld, nl.
3 2 2°0,— wegens afschrijving en 7-^0 van 22.000,-- 2 825,—
wegens rente. Dit betekent, dat van de opbrengst van de bezittingen
van de opgeheven Instelling voor sociale hulpverlening in de jaren
1972 t/m 1981 slechts beschikbaar zal zijn resp. f 5.100,-- 1972en
J 9.975,— (overige jaren). Daarna zou weer 13.OOO,— beschikbaar
komen
- Het -