I L -4- Spreker zegt het onjuist te vinden dat bij de besprekingen niet vanaf het begin en ook regelmatig vertegenwoordigers van de gemeen teraden aanwezig zijn geweest. Het zou ook prettiger en juister zgn geweest als van elke bespreking een verslag was gezonden aan de gemeenteraden. Zich richtend tot alle gemeenteraden van groot West-Brabant vraagx de heer Lockefeer de zaken goed en vooral objectief te bezien. In deze tijd hebben de raadsleden niet alleen de taak om het welzijn van de eigen gemeente te behartigen, maar zijn ook de gekozenen die het gewest moeten helpen realiseren. De raadsleden moeten zich niet laten intimideren door de mening van de verenigde burgemeesters, aldus de heer Lockefeer. Aan het einde van zijn beschouwing vraagt de heer Lockefeer de raadsleden uit geheel West-Brabant dringend ervoor te waken dat groot West-Brabant zijn kansen niet zal missen. De voorzitter dankt de heer Lockefeer voor zijn betoog en deelt mede dat het ontwerp van een regeling voor het streekgewest snel vordert De heer Pfaff zegt zich voor een gedeelte met het betoog van de heer Lockefeer te kunnen verenigen. Spreker wijst er echter op dat verslagen van de regiovergaderingen regelmatig voor de raadsleden ter inzage zijn gelegd. De voorzitter zegt de wenselijkheid en de noodzaak van een groot West-Brabant nog niet bewezen te achten. Een en ander dient goed te worden overwogen en er dient geen stap in het duister te worden gezet, aldus de voorzitter. Spreker zegt het belangrijk te achten dat door Etten-Leur een keuze wordt gedaan en dat deze gemeente geen witte vlek blijft. De voorzitter zegt, gezien de sfeer van dit moment, goede hoop te hebben dat er in de loop van 1972 een oplossing komt. De heer Oomen wijst op de ontwikkeling ten aanzien van het Stads gewest Eindhoven, waar geen behoefte bleek te bestaan aan vergroting van het samenwerkingsverband. Naar aanleiding hiervan merkt de heer Lockefeer op dat de situatie in West-Brabant geheel anders ligt. Met betrekking tot het jaaroverzicht uit de heer Eerstens zijn verontrusting over het groot aantal woningzoekenden. Spreker zegb dat op de duur ongezonde situaties zullen ontstaan als er geen mogelijkheden worden geschapen om meer woningen te bouwen. - De -

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1972 | | pagina 14