In verband met de regionale recreatieplanning stelt de heer Pfaff dat meerdere gemeenten binnen de regio momenteel werken aan plannen voor recreatieprojecten van dezelfde opzet als in Hoeven het geval is. Het gaat er volgens spreker op lijken dat de te Hoeven reeds jaren aanwezige recreatie door concurrentie van binnen de regio zal worden verzwakt. Rekening houdend ook met de concurrentie van buiten de regio zullen in deze situatie kapitalen nodig zijn voor uitbrei dingen en verbeteringen, waarbij het dan nog de vraag is of de ont wikkelingen zullen kunnen worden bijgehouden. Met betrekking tot de woningbouw stelt de heer Pfaff dat het steeds duidelijker wordt dat de uitbreiding van Hoeven kunstmatig wordt beknot. Spreker zegt zich af te vragen op welke wijze de woningnood moet worden bestreden als de huren in de sector van de sociale woning bouw zodanig worden opgevoerd dat deze nauwelijks meer kunnen worden opgebracht door diegenen, waarvoor de woningen bestemd zijn. Daar bij verwijst spreker naar de ontwikkelingen in de Randstad, waar de vrouwen in vele gevallen genoodzaakt zijn om te gaan werken, omdat de hoge huren weinig ruimte laten voor betaling van de verdere kosten van levensonderhoud. De heer Pfaff wijst er voorts op dat vele inwoners genoodzaakt zijn uit Hoeven te vertrekken wegens hot ontbreken van goedkope woningen. De heer Pfaff zegt het te betreuren dat de scholenbouw te Hoeven niet van do grond wil komon. Spreker vraagt echter bogrip op to brengen voor do moeilijkhodon, waarvoor het schoolbestuur zich ge plaatst ziot, met name waar het gaat om het aantrekken van het grote bedrag dat als waarborgsom in de gemoentokas behoort te worden ge stort. Haar aanleiding van hot betoog van do heer Pfaff zegt de voorzitter dat uit andore regiogemeenten inderdaad plannon voor recreatieve objecten zijn te verwachten» Hot is echter de vraag of in deze sprake zal kunnen zijn van ooncurrentie. Een en ander zal mede af hankelijk zijn van de inspanningen, die door de gemeente Hoeven worden gedaan. In verband met het toekomstig subsidiebeleid voor do recreatie is het van groot belang dat regionaal coördinerend wordt gewerkt, aldus de voorzitter. Mot de heer Pfaff is de voorzitter van mening dat het een trieste zaak is dat vele jongeren uit Hoeven naar elders vertrokken, omdat in do eigen plaats geen woningen kunnen worden gebouwd. - De -

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1971 | | pagina 67