~3~ De heer Lockefeer zegt zich af te vragen of het wel juist is dat de raad zich moet uitspreken over het bedrag per leerling nu de overige cijfers van de gemeentebegroting 1972 nog niet bekend zijn- Op deze wijze kan de raad niet beoordelen of do mogelijkheid bestaat om op andore posten te bezuinigen. De voorzitter stelt met nadruk dat het onderwijs niet moet worden gezxen als een sluitpost. Het gaat hier om een zelfstandig geheel, waarbij burgemeester en wethouders zijn gekomen met een voorstel dat naar hun mening juist is. Het bedrag per leerling is echter niet statisch. Verhoging achteraf blijft mogelijk als uit do rokeningcijfers naar voren zou komen dat een te laag bedrag is vastgesteld. Overigens hebben de schoolbesturen ook nog de mogelijkheid om in beroep te gaan, aldus de voorzitter. De heer van den Bosch wijst er op dat de cijfers van de rekening geen zuiver beeld zullen geven. Daarin zal met name niet tot uitdrukking komen welke voorzieningen noodgedwongen achterwege zijn gelaten. De heer Pfaff zegt geen heil te zien in een beroepsprocedure omdat hiermede teveel tijd gemoeid is. Hot gevaar bestaat dan dat het onderwijs intussen achter blijft lopen. Spreker zegt er voorstander van te zijn dat het voorstel wordt aangehouden en dat de zaak opnieuw wordt behandeld door de betreffende raadscommissie in aanwezigheid van deskundigen van de schoolbesturen. Daarbij zouden dan de cijfers van de rekening 1970 als leidraad kunnen dienen. De voorzitter zegt van mening te zijn dot de cijfers van do rekening 1S71 een betere vergelijking mogelijk maken. Volgens de heer Pfaff is er rekening mede te houden dot de door de schoolbesturen ingediende begrotingen de realiteit weergeven. Spreker stelt voorts dat het mogelijk moet zijn dat de kinderen goed onder wijs ontvangen. De heer Kerstens merkt op dot het gemeentebestuur zich veelal laat leiden door adviezen van deskundigen. De begrotingen van de schoolbesturen dienen te worden beschouwd als deskundige adviezen. Spreker zegt overigens van mening te zijn, dat het onderhavig voorstel niet op de agenda had mogen voorkomen omdat er geen gelegenheid is geweest om de begrotingen te bestuderen. - Als -

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1971 | | pagina 224