11" el f a" LeoirhOUaer die MJ 2lJn a"Mien 65 -« terstond -3- PEÜTSIOBHEN. fispht op eigen pensioen (art. 14) re op pensioen, tenzij hlJ op dat tiJdstip - op pensioen heeft ook de wethouder, die is afstreden v66x het bereiken van de 65-iari-e 1 lesft1„ l99«ijd, en nel bij hot bereiken van die leeftijd, tenzij hij „p dat tijdstip „eer als wethouder optreedt. Bedrag vaahet ^ip^n pensioen (art. 15) over'ten'hoo TT™'** de laatst^noten „odde wedde („el leastBar°u. Het maximum pensioen is dus 70,( van de welvaartsvastzie hierna) Recht op weduwepensioen (art. 16) Be weduwe van een wethouder, van een gewezen wethouder of van eon gepensioneerde wethouder, heeft reoht op weduwepensioon, mits het twelijk gesloten was v66r het aftreden van de echtgenoot. Bit aftreden wor t geacht niet te hebben plaatsgevonden, als het wethouderschap senderwezenlijke onderbrekihg gevolgd is door een politiek ambt lis bedoeld m de Appa. ^tesaaSIEgaaloen.^^naor weduwepensi nen ti14(>l1<tr pensioen (artt. 17, 18^19 en 20.) In de verordening zijn bepalingen opgenomen inzake het weduwnaars pensioen en de overige hierboven genoemde pensioenen. Be regeling van aa"S10°"re°h 1 '"'"°r d° lnvalid9 weduwnaar, voor de gescheiden vrouw van enwethouder of een gewezen gepensioneerde wethouder, en voor de echtgenote e.g. minderjarige kinderen van een vermiste wethouder gewezen wethouder of gepensioneerde wethouder, is niet verplicht.' Sedra^_van het weduwepensioen (art. 21) Hat pensioen bedraagt 2v; do laatat0 di3 t n hoogs 3 20 dienstjaren. Het „ednwepensioeh is dus maximaal 50* van weHde (welvaartsvastj zie hierna). Wanneer de wethouder voor zijn 65e jaar overlijdt, wordt voor de bepalin- het weduwepensioen de diensttijd aangevuld met de tijd, gelegen tussen de datum van overlijden en het tijdstip, „aaroP d ve Z berekend over ten hoogste 20 jaren (fictieve diensttijd). Bedrag ran het bijzonder wednwetiensioez (art 22) Het bijzonder weduwepensioen wordt op dezelfde wijze berekend als een L If T di3n ÏSrStenae' 4at Sle°htS d° di9-«tjd meetelt, SeleffGn is voor de ontbinding van het huwelijk. - Haduwepensioen -

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1970 | | pagina 334