-2-
6Aankoop van nieuwe trekker.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten»
In verband hiermede wordt tevens het 32e wijzigingsbeslu.it van de
gemeentebegroting 1969 vastgesteld»
7Verkoop van de woning Gors 20, alsmede van enkele percelen van de
voormalige Instelling voor Sociale Hulpverlening.
De heren Wuijten, Oomen, Wens en van den Oever hebben bezwaar tegen
het leggen van een zware last op het aan P.J. Dekkers te verkopen
perceel in de vorm van een bouwverbod.
De heer Nuijten stelt voor in het verkoopbesluit te bepalen dat een
bedrag van 1.000,in de gemeentekas dient te worden gestort als
op een later tijdstip op het perceel zou worden gebouwd, welk voor
stel door de heren Wens, Oomen en van den Oever wordt ondersteund.
De heer van den Oever geeft als zijn verlangen te kennen dat ook
andere pachters, die hebben medegedeeld de grond te willen kopen,
daartoe in de gelegenheid worden gesteld.
De voorzitter merkt naar aanleiding hiervan op dat de niet voor
verkoop voorgedragen percelen behoren tot grotere complexen en dat
verkoop niet in het belang van de gemeente zou zijn.
Spreker geeft de heer van den Oever in overweging de percelen ter
plaatse te gaan bekijken en desgewenst daarna op deze zaak terug te
komen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna conform het voorstel
besloten, met dien verstande dat de verkoop van het perceel aan
P.J. Dekkers zal plaatsvinden onder voorwaarde dat een bedrag van
1.000,in de gemeentekas dient te worden gestort als op dit
perceel in de toekomst zou worden gebouwd.
8.Verkoop van bouwpercelen in Julianastraat-Zuid aan do N.V. Bakker-
Be nnebroek.
Waar aanleiding van een desbetreffende vraag, gesteld door de
Commissie voor openbare werken deelt de voorzitter mede dat een
gemaakte berekening heeft aangetoond dat de in rekening gebrachte
prijzen voor de bouwpercelen in Julianastraat-Zuid ruimschoots
toereikend zijn voor dekking van de kosten.
De heer van den Oever wijst op het belang van een tijdige aanpassing
van de grondprijzen, waardoor kan worden voorkomen dat de laatste
kopers het verlies moeten betalen.
De voorzitter deelt mede, dat een dergelijke aanpassing zeker in het
voornemen ligt en dat hiertoe een betere mogelijkheid zal ontstaan alï.
een grondbedrijf aanwezig is.
