is samengesteld van in dat jaar uit te voeren werken.Verschillend
werken daarvan konden niet worden uitgevoerd bij gebrek aan fi
nanciën. On deze reden vraagt hij thans medewerking van het ge
meentebestuur de werken,die in 1966 niet konden worden uitge
voerd,het eerst aan de beurt te laten konen in 1967.
De heer Nuijten zegt als lid der counissie van onderzoek,
nauens die counissie,onder de aandacht te willen brengen,dat het
aantal plaatsen op de cauping,die voor een heel seizoen worden
verhuurd,blijft toenemen,De corjuissie is 't er wel iaee eens,dat
een aantal plaatsen vast wordt vernuurd,doch zou het sociaal
element bewaard willen zien door iedereen in de gelegenheid te
stellen van de camping gebruik te maken en niet alleen hen,die
over 'n dikke portemonnaie beschiltken.Spreker verzoekt dan deze
aangelegenheid in de vergadering van net stichtingsbestuur te
willen aansnijden.
hierop deelt de voorzitter mee,dat er in het verleden aan
merking op is geuaakt,dat kampeerders uoesten worden terugge
stuurd terwijl op het terrein lege tenten en caravans aanwezig
waren.
De animo om vroeg in het seizoen een tent of caravan te
plaatsen en daarvoor,al of niet bewoond,het staangeld per nacht
te betalen was de laatste jaren belangrijk groter dan vo»r de
plaatsen,die konden worden ingenomen door seizoen—caravans.Eco
nomisch waren daaraan wel voordelen verbonden,doch het stich
tingsbestuur heeft gemeendgezien de ervaringen van 1966,m.i.v.
1967 te moeten besluiten om op enige gedeelten van het kampeer
terrein in de periode 1 juli t/m 15 augustus geen onbewoonde
tenten of caravans meer toe te laten.
Voorts heeft het stichtingsbestuur in de overeenkomsten voor
verhuur van vaste caravanplaatsen zich het recht voorbehouden om
plaatsen,die in de loop van het seizoen voor kortere of langere
tijd vrijkomenaan derden te verhuren.
De heer Pfaff deelt mede,dat het hem is opgevallen,dat 't
een luxe camping is geworden.boor diverse personen wordt u.l,
een eigen tuintje aangelegd enz.,waarop de voorzitter reageert
met te zeggen,dat dat de stichting geen geld kost en waaneer men
de boel wil verfraaien,akkoord.
Voorts zegt de neer Pfaff,dat er z.i. een tekort is aan
parkeerruimte .Vraagt of er al aan is gedacht 011 deze zo nodige
ruimte uit te breiden.
Hierop antwoordt de voorzitter,dat deze aangelegenheid de
volle aandacht van het stichtingsbestuur heeft.
Sprekende over de vergoeding ex art.101 der l.o.wet 1920,
deelt de heer Pfaff mee,dat hij er met klem bij het gemeentebe
stuur op zou willen aandringen om de schoolbesturen in de toe
komst een begroting te doen overleggen.
De voorzitter kan er in komen, zegt hij,doch dat ligt niet zo
gemakkelijk, evenmin als bij diverse verenigingen.Hij wil de aange-