behartigen, draag ik thans gaarne de leiding van deze vergadering
aan u ovei".
De hamer wordt dan aan de burgemeester overhandigd.
Deze op zijn beurt spreekt de navolgende rede uit:
"Mijnheer de loco-burgemeester
Mijnheer de Wethouder
Mevrouw en Heren leden van de Gemeenteraad
Dames en Heren genodigden,
Hu ik dankbaar jegens God, Mevrouw en mijne heren, Die het
aldus bestierde, gereed sta het ambt van burgemeester dezer ge
meente metterdaad te aanvaarden, zij het mij op de allereerste
plaats vergund eerbiedig uitdrukking te geven aan mijn diep ge
voelde dank en bijzondere erkentelijkheid jegens Hare Majesteit,
onze geëerbiedigde Koningin, dat het Haar heeft willen behagen,
mij Haar vertrouwen schenkend, te benoemen tot burgemeester der
gemeente Hoeven.
Hieraan wens ik toe te voegen een woord van oprechte dank
aan Zijne Excellentie de Minister van Binnenlandse Zaken voor
zijne voordracht en aan de Hoogedelgestrenge Heer Commissaris
der Koningin voor zijne aanbeveling en aan allen, die hen bij het
opmaken van de voordracht aan Hare Majesteit wel van advies hebben
willen dienen of op enigerlei wijze mijn benoeming hebben be
vorderd.
In dit voor mij thans zo gewichtige ogenblik, bezielen mij
gevoelens van grote voldoening en met de inzet van geheel mijn
persoon en van al mijn krachten zal ik er naar streven het in mij
gestelde vertrouwen waardig te maken.
En wanneer ik thans mijn ambt hier in de gemeente Hoeven ga
aanvaarden, dan wil ik zulks niet doen, dan alvorens mijn ambts
voorganger, burgemeester de Krom, mijn welgemeende erkentelijk
heid te hebben betuigd voor al hetgeen onder zijn jarenlange
leiding tot stand is gebracht en voor de richting, die hij aan
deze gemeente heeft gegeven. Ik zal het mij dan ook tot een eer
rekenen, vanzelfsprekend met behoud van mijn eigen inzichten en
van mijn eigen manier van werken, zijn werkzaamheden in het belang
van de gemeente, aanpassend aan de snel wisselende tijdsomstandig
heden, voort te zetten.
Mijn eerlijke en oprechte dank gaat thans ook uit naar u,
mijnheer de loco-burgemeester, voor de sympathieke woorden, die
gij zojuist bij de installatie tot mij heeft willen richten.
ïïw woorden getuigen van een eenvoudige en hartelijke toege
negenheid jegens mij.
Ik heb gemeend daaruit te mogen beluisteren een grote be
reidheid tot samenwerking, waarvoor ik erkentelijk ben en tevens
ook een eerlijke ronde meningsuiting, waarvoor ik zeer gevoelig ben.
Ik vreet namens u allen te spreken, Mevrouw en mijne heren,
wanneer ik u, mijnheer de loco-burgemeester, hartelijk dank zeg
voor de wijze, waarop gij, tijdens deze langdurige vacature uw