Beschikbaarstel
ling krediet voor
bouwrijp maken van
grond te
3osschenhoofd.
In de vergadering van 29 december 1964 werd besloten tol
aankoop van de familie Broos,te Bosschenhoofdvan de dubbele
woning Margrietstraat 18 - 20,met bijbehorende grond,kadastraal
bekend gemeente Hoeven,sektie F.nr1548ter grootte van
0.20.80 li.A
Nu ook thans tot aankoop is overgegaan van het perceel
F.1525,eigendom van Antonia ü.Schrauwen,zal aanleg van een
verbindingsweg tussen de Margrietstraat en de iiarijkestraat
met riolering en andere bijkomende werken,ten behoeve van de
bouw van 13 woningen aan bedoelde verbindingswegnodig zijn.
De kosten van bedoelde werken worden,volgens de overge
legde begroting,geraamd op 78.500.-.
Gaarne stellen burgemeester en wethouders voor te be
sluiten genoemd bedrag voor het beoogde doel beschikbaar te
steHen,overeenkomstig welk voorstel unaniem wordt besloten.
Door de heer Verschuren werden voor deze vergadering twee
schriftelijke vragen ingediend,waarvan de eerste er op neer
komt,dat het hem onwaarschijnlijk voorkomt,dat het terrein nabij
de steenfabriek te Bosschenhoofdomdat dat toebehoort aan twee
verschillende eigenaren,is aangewezen als industrieterrein,om
welke reden hij verzoekt deze aangelegenheid 'ns nader te
onderzoeken.Z.izouden er n.l. twee woningen op kunnen worden
gebouwd.
Het antwoord van de voorzitter hierop luidt,dat de per
celen G.nos.2101 en 2102,eigendom van resp. de wed.Maatjens
en Adr.Maatjens beiden de bestemming hebben van industrie
terrein.Wie de eigenaren van verschillende percelen ook zijn,
doet aan de bestemming ervan niet af.
Mocht de huidige bestemming (als industrieterrein) worden
gewijzigd,dan nog is het niet mogelijk ter plaatse meer dan één
woning te bouwen,omdat de gronden dan de bestemming moeten
krijgen van Landelijk gebied I,waarop uitsluitend boerderijen
mogen worden opgerichtwaarvoor minstens 1 H.A. grond nodig
is,terwijl daarbij moet worden gebouwd een schuur met een in
houd van minstens 300 m3 en de perceelsbreedte,gemeten langs
de weg,minstens 100 meter moet zijn.
De tweede vraag betreft het verzoek hem te willen in
lichten omtrent het tot voorrangsweg verklaren van de
Pastoor van Breuge lstraat vanaf de rijksweg tot de grens van
Oudenbosch,waarom door hem op 13 september 1963 reeds is
verzocht
Hierop deelt de voorzitter mee,dat daaromtrent het
advies is ingewonnen van 2 deskundigen,n.1van de Post-
commandant der rijkspolitiealhieralsmede van de Commandant
van de rijksverkeersgroep,te Breda,die elkaar tegenspraken,
om welke reden de voorzitter zegt,dat het niet zo gemakkelijk
ligt.ZijnEd. leest dan een gedeelte voor uit de brief van de
Commandant van de rijksverkeersgroep,n. 1. dat,hetwelk op deze
aangelegenheid betrekking heeft.
