Commissie
woonruimtewet
1947.
Aanwijzing
ambachts—
lieden.
Mej ,C.F.Vermunt, mej .A.van nooijüona
St.Bernardusstraat 16 St.Bernardusstraat 18
J.W.Nuijten, P.Nelissen
St.Bernardusstraat 37 St.Janstraat 83
L.P.Th.Kint, A.Jacobs
Oude Antwerpsepostbaan 87 Past.van Breugelstr. 166,
Om met hem het bureau van stemopneming uit te maken
worden door de voorzitter aangewezen de heren Nuijten en
Verschuren.
Overgaande tot stemming worden 10 stembriefjes inge
leverd,welke bij opening allen de aanduiding "dezelfden"
blijken te bevatten, zodat alle aanbevolenen met algemene
stemmen zijn herbenoemd.
Ieder jaar dientingevolge art.8 van de woonruimtewet
een commissie van advies te worden benoemd,die geraad
pleegd moet worden indien burgemeester en wethouders van
hun bevoegdheid tot woonruimte-vordering gebruik willen
maken.
Nu het jaar 1963 binnenkort af loopt,moet thans een
nieuwe commissie voor het jaar 1964. worden samengesteld.
De commissie dient, ingevolge de aanwijzingen van de
Minister van Binnenlandse Zaken te bestaan uit ten minste
5 leden,die ingezetene der gemeente zijn.
De leden behoeven echter geen lid van de gemeenteraad
te zijn, doch tot nu toe is dat wel steeds het geval geweest.
Ook voor de nieuwe benoemingen zouden burgemeester en wet
houders die traditie willen handhaven.
Voor het jaar 1964 stellen burgemeester en wethouders
de samenstelling van de commissie als volgt voor:
G.J.L.M.van Hooijdonk; J.W.Nuijten; A.M.van den Oever;
Mevr .Goderie-Videler en Ü.A.van Oorschotterwijl de maat
schappelijk werkster wederom als adviserend lid aan de
commissie zal kunnen worden toegevoegd.
Om met hem het bureau van stemopneming uit te maken
worden door de voorzitter wederom aangewezen de heren
Nuijten en Verschuren.
Overgaande tot stemming worden wederom 10 stembriefjes
ingeleverd,waarvan bij opening blijkt,dat zij allen bevatten
de aanduiding "als voorgeste ld"de voorgestelden" of iets
dergelijkszodat voor het jaar 1964 met algemene stemmen
zijn benoemd tot lid der commissie w oonruimtewet 1947
Mevrouw Goderiealsmede de heren van Hooijdonk, Nuijten,
van den Oever en van Oorschot.
Elk jaar worden de ambachtslieden aangewezen,aan wie
het vertichten van kleine herstellingen en andere werk
zaamheden worden opgedragen,die niet voor aanbesteding
vatbaar zijn en niet door eigen personeel uitgevoerd kunnen
worden.
