f Benoeming voorzitter en leden van het burgerlijk armbestuur G.J.L.M.van Hooijdonk M. J.Jongenelen M. C .A .Huijsmans Ant.Verhulst P.J.van Oekelen C.AHagens men van Eekelen,Wagemakers en M.Jongenelen. De heren Verdonk,Nuijten en van Eekelen,in de vergade ring aanwezig,verklaren hun benoeming aan te nemen. Ingevolge art.4 van het reglement voor het burgerlijk armbestuur heeft op 1 januari a.s. de periodieke aftreding plaats van alle leden van dat bestuur. Met het oog op art13e lid, jo. art.4» 2e lid,van bovengenoemd reglement worden door burgemeester en wet houders, ter voorziening in de vakaturesvoor benoeming voorgedragen de heren; Ant.J.de Krom (aftredend) Cornelis Schouw F.M.de Rond (aftredend) H.C.van Nijnatten (aftredend)- AL.Bastiaensen (aftredend) - M.J.v.Oosterhout (aftredend)- allen wonende te Hoeven. Waar het aftredend lid C.Marijnissen m.i.v. 1 december j.l. in gemeentedienst is getredenachten burgemeester en wethouders het minder juist hem nog voor benoeming voor te dragen.In zijn plaats wordt daarom aanbevolen C.Schouw, Bovenstraat 44» Om met hem het stembureau uit te maken worden door de voorzitter wederom aangewezen de heren Jongeneelen en Nuyten. Zowel de heer van Oekelen als de heer Nuijten is van mening,dat er meer werknemers in het burgerlijk armbestuur dienen te worden opgenomen,waarop al meer is aangedrongen. Bovendien is de heer Nuijten van mening dat de ouderdom van meerdere leden te hoog ligt.Z.i. is er een tijd van komen en gaan.1t Gaat spreker niet om de personen,maar om de te hoge leeftijd.Hij wenst dan ook aantekening te zien,dat zo de Raad tot benoeming van de voorgedragenen mocht overgaan, hij ernstige bezwaren heeft.Ook de heer van Oekelen zou gaar ne zien dat het burgerlijk armbestuur 'n verjonging zou ondergaan. De heer Jongeneelen stelt voor om alle zitting hebbende leden nog te handhaven totdat in 1957 de reorganisatie, welke de voorzitter thans weer heeft aangekondigdis tot stand gekomen,waar op de heer Nuijten vraagt of 't niet beter zou zijn om nu reeds wijziging aan te brengen.Nogmaals zegt de heer Nuijten van mening te zyn dat er op 't ogen blik mensen in het burgerlijk armbestuur zitting hebben,die al lang hadden moeten heengaan. Tot stemming overgaande worden 8 stembriefjes inge leverd,by opening waarvan blijkt,dat zijn uitgebracht op A.J.de Krom en C.Schouw 8 stemmen, op F.M.de Rond, H.van Nijnatten, A .Bastiaensen en M.J.van Oosterhout 7 stemmen en op P.van Oekelen 2 stemmenzodat de heren A.J.de Krom en

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1956 | | pagina 62