geeft in vak u (vrouwelyke handwerken)
Ingevolge art. lOlhis der L.O.Wet 1920 zal de gemeente
de beloning van aan byzondere scholen verbonden vakleer
krachten moeten vergoeden,tenzy de kosten zonder noodzaak
zyn gemaakt of hoger zyn dan noodzakelyk is.
Over het tydvak 1 September t/m 31 December 1930 is aan 1!
de vakonderwyzeres uitbetaald een bedrag van 50.-. Door
het schoolbestuur wordtingevolge de bestaande voorschriftenJjij
op vergoeding van dit bedrag aanspraak gemaakt.
Voorgesteld wordt de aanvrage in te willigen door vast- j|!
stelling van een aangeboden ontwerp-besluitwaartoe met een-
parige stemmen wordt besloten.
Volgens artikel 2,rubriek V,der legesverordening dezer
gemeente,wordt terzake van de afgifte van een vergunning
als bedoeld by artikel 6,eerste lid,onder a,der Woningwet
een bedrag aan leges geheven,waarvan de grootte afhankelyk
is van de bouwkosten.
Deze tarieven zyn zodanig vastgesteld,dat de kosten,
welke door de gemeente worden gemaakt voor het inwinnen van j
het advies van B.-,W.- en W.Toezicht,kunnen worden gedekt.
In de practyk komt het voor,dat aanvragen om vergunning,
als bovenbedoeld,worden ingetrokken,voordat daarop is be
schikt.In dit geval heeft de gemeente - soms aanzienlyke -
kosten gemaakt voor het inwinnen van deskundig advies,terwylj
nu geen vergunning wordt afgegeven,legesheffing niet mogelyk
is. Hetzelfde geldt voor geva11en,waarin de vergunning wordt
geweigerd.
Haar de opvatting van burgemeester en wethouders is het
alleszins redelyk,dat in beide omschreven gevallen eveneens
leges wordt geheven.
Als norm ware dan te stellen de door de gemeente ge
maakte kosten.
In verband met vorenstaande stellen burgemeester en
wethouders voor de legesverordening te wyzigen en bieden een
concept-besluit daartoe aan.
Conform dit voorstel wordt met eenparige stemmen be
sloten en het aangeboden ontwerp-besluit vastgesteld.
Burgemeester en wethouders delen mede,dat in de vergade-ft
ring van 31 Mei j.l. de Algemene Politieverordening voor dezeJ
gemeente weid gewyzigd en aangevuld met betrekking tot:
lo. het opkopen van oude materialen en afvalstoffen en
2o. de contröle van hotelregisters.
Gedeputeerde Staten kunnen met de redactie niet geheel
accoord gaan en geven in overweging het vorengenoemde be
sluit overeenkomstig hun opmerkingen te wyzigen.
Aangezien burgemeester en wethouders zich met die op
merkingen kunnen verenigen wordt voorgesteld meergenoemd
besluit in te trekken en een nieuw vast te stellen,waartoe