m
w,
I I
iij[
- E 15 -
in geen enkel opzicht by die van Oudenbosch.Immers de bewoners
van cte gemeente Hoeven en Oudenbosch verschillen zoveel in ge
aardheid en karakter van elkaar,dat men als buitenstaander
hierover zelfs geen denkbeeld kan vormen,
4-0. Tegen de toevoeging van de St.Maartenspolder by de ge
meente Oudenbosch,welke naar het oordeel van de Gedeputeerde
Staten door zyn ligging veel meer op Oudenbosch dan op Hoeven
is aangewezen,bestaat ook volgens dit college geen enkele be
denking. D
De bewoners van de St.Maartenspolder behoren voor het over
groots te gedeelte wel tot de parochie Oudenbosch, doch overigens
is deze bevolking geheel op Hoeven georiënteerd.Immers dit
agrarische gedeelte past geheel by de agrarische bevolking van
Hoeven.De landbouwers uit de St.Maartenspolder trekken hun be
nodigde arbeidskrachten aan uit Hoeven en Bosschenhoofd en
stellen over het algemeen geen prys op arbeiders uit de om
liggende gemeen ten. Indien de St .Maartenspolder zou worden toe
gevoegd aan de gemeente Oudenbosch,zullen<tm„i, de inwoners van
de St.Maartenspolder zich in dit industriële gebied gevoelen
als emigranten in een vreemd land.
Wat St.Willebrord betreft,mynheer de Voorzitterzou het
volgens de rapporten van personen,die tot oordelen hiertoe zyn
bevoegd,de ideaalste oplossing zyn hiervan een zelfstandige
gemeente te maken,doch hiervoor is naar hun oordeel de tyd. nog
niet daar,Ik kan my hiermede volkomen ver enigen„Ik acht het dan
ook de beste oplossing het Hoevense gedeelte van St.Willebrord
te voegen by de gemeente Rucphen,
Verder wil ik hier myn dank betuigen aan de gemeentebesturen
en hun personeel,welke het college van burgemeester en wet
houders,op verzoek,alle gewenste inlichtingen verstrekten,als
mede aan alle raadsleden van de omliggende gemeenten,die op de
een of andere wyze de zaak van Hoeven steunden.
Mynheer de Voorzitterik verklaar my gaarne accoord met het
in behandeling zynde voorstel van burgemeester en wethouders
Ik hoop,dat aan allen,die bevoegd zyn tot het oordelen en
besluiten betreffendegrenswyzigingende kracht en de wysheid
worde geschenken om,na een rustige en zakelyke behandeling van
dit grenswyzigingsvoorstel van burgemeester en wethouderstot
een voor allen bevredigende oplossing te komen,waardoor het
mogelyk zal zyn dat de goede verstandhouding met de buurt-
gemeenten kan blyven bestendigd,wat zeker ook voor de welvaart
van de^ streek bevorderlyk moet worden geacht.
Ik wil eindigen met de leuze van het Comité uit de bevolking;
"HOEVEN BLYVE HOEVEN".
Ik dank IJ."
De heer P.J.van Oekelen spreekt als volgt;
"Mynheer de Voorzitter,
Na lange tyd niets te hebben vernomen werden we eindelyk in
het bezit gesteld van de verschillende rapporten omtrent het
voorstel,thans aan de orde.
Ik moet zeggenmynheer de Voorzitter,aanvahkelyk was het een
berg waar ik tegen op zag,deze rapporten te moeten doornemen.
Doch nu het gebeurd is,moet ik vaststellen,dat ik het in het
algemeen eens ben met Uw inleidende beschouwingde rapporten en
het voorstel van burgemeester en wethouders en dat ik ook met
belangstelling heb kennis genomen van de beschouwingen van het
Comité uit de bevolking.
Ik vraag my af,indien het voor ons nodig was dit alles te
verwerken alvorens onze mening te kunnen, vormen,hoe hebben de
leden van de Raden der andere by deze grenswyzigingen betrokken
gemeenten zich een oordeel moeten vormen?
Dat neemt niet weg,dat ik het met deze wyze van doen,geheel
eens ben en dat ons oordeel en onze zienswyze er te meer om
zullen worden gewaardeerdhopentlyk boven dat van de raads
leden uit de andere gemeenten,die het opheffen onzer gemeente
zo lichtvaardig hebben aanvaard.
Ik heb bewondering voor het rapport van Jhr.Ir.J.de Ranitz en
zou,voor wat Bosschenhoofd betreftspeciaal de aandacht willen
vestigen op zyn stelling,dat industrie niet noodzakelyk geves
tigd behoeft te worden daar,waar men de beschikking heeft over
vaarwater en spoorwegverbinding,doch dat de factoren goedkoop
terrein en werkvolk minstens evenzeer,soms zelfs meer meespreken.