Voorlopige
vaststelling
gemeente
rekening
1946.
Nadere
vaststelling
gemeente
begroting
1948.
In verband daarmede is door burgemeester en wethouders een
nieuwe verordening ontworpen,waarin een gedifferentieerd tarief
is opgenomen.
Verschillende vermakelykheden zyn onder de 20 %-groep be
houden,zoals zuivere sportwedstryden,concerten enz.,terwyl voor
andere,zoals wieier- en motorwedstryden,zynde niet-zuivere
sportwedstryden,een percentage van 30 zal zyn verschuldigd.
Voor bioscoopvoorstellingen zyn overeenkomstig bovenbedoelde
circulaires de percentages van 45 en 35 genomen en voor bals
en danspartyen is het percentage opgevoerd tot 50»
Al deze percentages zyn uiteraard slechts van toepassing
wanneer entrée-gelden worden geheven.
Ingevolge de oude verordening konden vermakelykheden en
speciaal bals en danspartyen,waarvoor geen toegangsgeld werd
geheven,niet worden belast.
Om dit te ondervangen zyn in de nieuw vast te stellen ver
ordening tarieven naar oppervlakte opgenomen,welke in dat geval
kunnen worden toegepast.
Door burgemeester en wethouders wordt voorgesteld deze nieuwe
verordening vast te stellen,waartoe met eenparige stemmen,
zonder hoofdelyke stemming,wordt besloten.
Onder overlegging van het rapport der Commissie van Onder
zoek der gemeenterekening voor het dienstjaar 1946,waaruit
blykt,dat geen op- of aanmerkingen zyn te maken op genoemde
rekening en deze in orde werd be vond en, stellen burgemeester en
wethouders voor deze voorlopig vast te stellen voor wat betreft
de gewone dienst op een nadelig slot van 12322.81 en de
kapitaaldiénst op een nadelig saldo van 988.65.
Niemand hierover het woord,noch stemming verlangendewordt
deze rekening met eenparige stemmen,zonder hoofdelyke stemming,
voorlopig vastgesteld als aangeboden,echter met onthouding van
medestemmen door de wethouders.
Ter nadere vaststelling wordt door burgemeester en wet
houders aangeboden de gemeente-begroting 1948.
De daarin aangebrachte veranderingen spruiten voort uit de
by de Twede Kamer ingediende Noodregeling Financiële Verhouding
tussen Kyk en gemeenten.Dit wetsontwerp beoogt de gemeenten
wederom financieel onafhankelyk te maken,zy het dan ook,dat
het uiterste zal moeten worden gedaan,om het evenwicht tussen
inkomsten en uitgaven te bewaren.De nieuwe regeling zal gelden
voor de jaren 1948, 1949 en 1950.
Voor de begroting 1948 heeft de nieuwe voorziening dit
effect,dat het aanvankelyk geraamde tekort geheel verdwymt en
de inkomsten en uitgaven derhalve balanceren.
Met eenparige stemmen wordt,zonder hoofdelyke stemming,be
sloten de gemeente-begroting 1948 nader vast te stellen als
aangeboden.