de vorenvermelde schoolbesturen bijbetaling dient plaats te
vinden van resp. 7.- 44.34 en 65.30.
IX. Onder dagteekening van 24 Juni 1940, bij hun advies no. 1457/
2.07.352.11, bieden burgemeester en wethouders ter vaststelling
aan concept-besluit tot de 6e.wijziging der gemeentebegrooting
voor het dienstjaar 1939, welk besluit zonder hoofdelijke stem
ming met eenparige stemmen wordt vastgesteld.
X. Nevens hun advies No.1549/2.07.352.11, d.d. 24 Juni 1940,
bieden burgemeester en wethouders ter vaststelling aan concept
besluit no. 1550/2.07.352.11, tot wijziging der gemeente-begrootiq
voor het dienstjaar 1940,welk concept-besluit met eenparige
stemmen, zonder hoofdelijke stemming, wordt vastgesteld.
Xa. Dit aan de agenda toegevoegde punt betreft de jaarlijksche
kermis.
De voorzitter, die meent dat t.d. de vorm der normale wet
geving behoort te worden gevolgd,stelt namens het college van
burgemeester en wethouders voor dit jaar geen kermis te houden,
welk voorstel zonder hoofdelijke stemming,met eenparige stemmen,
wordt goedgekeurd en aldus wordt besloten.
Xb. Bij Koninklijk Besluit van 19 December 1935,No.35,werd voor
deze gemeente, voor een tijdvak van vijf jaren, n.l. van 1 Augus-
tus 1935 tot en met 31 Juli 1940 afwijking toegelaten van den
eisch,gesteld in het eerste lid van artikel 19 der Lager-Onder-
wijswet 1920, onder voorbehoud,dat indien binnen dat tijdvak de
ouders,voogden of verzorgers van twaalf of meer leerplichtige
kinderen blijk geven dat zij openbaar onderwijs in de gemeente ver
langen, die afwijking niet langer wordt toegelaten.
Aangezien de goedkeuringstermijn spoedig verloopt, de toestand
ongewijzigd is gebleven en huns inziens geen behoefte aan open
baar onderwijs bestaatstellen burgemeester en wethouders bij hun
advies d.d. 25 Juni 1940,no.1553/1.851.2, voor te verzoeken die
afwijking andermaal voor een termijn van vijf jaren toe te staan.
Niemand over dit voorstel stemming verlangende,wordt met een
parige stemmen besloten als voorgesteld en vastgesteld het con
cept-adres no.1552/1.851.2.
Xc. Evenals Xb is ook dit punt aan de agenda toegevoegd en be
treft de herziening van den pensioensgrondslag van den gemeente
geneesheer, zulks in verband met het feit,dat genoemde functiona
ris sedert 1 September 1934 niet meer in het genot is van het
emolument "vrij wonen."
Hierop is door den Pensioenraad bij zijn schrijven van 1 Mei
1940,no.120.2/5004, de aandacht gevestigd van burgemeester en
wethouders,die naar aanleiding daarvan bij hun advies d.d. 9 Mei
1940,no.1587/2.08.743.1, voorstellen den pensioensgrondslag
voor den gemeente-geneesheer vanaf 1 September 1934 vast te
stellen op 1700.- verminderd met 125.- of 1575.- en vanaf
1 Januari 1935 op 1725.- verminderd met 125.- of 1600.-.
Met eenparige stemmen wordt besloten als voorgesteld en vast
gesteld concept-besluit no.1588/2.08.743.1.