II. Teneinde het onderzoek van den door Franciscus Petrus
Wijnen,wonende Kruisstraat E 31»alhier,ingezonden geloofsbrief
mogelijk te maken,bieden burgemeester en wethouders bedoelden
geloofsbrief, met de daarbij behoorende bijlagen, aan.
Wijnen werd tot lid van den raad benoemd verklaard in de
plaats van Johannes Laurijsse, die als zoodanig ontslag nam.
x Als leden der commissie van onderzoek worden door den voor
zitter aangewezen de heeren Brans, de Rond en Lauwerijssen.
Voor den duur van het onderzoek wordt de vergadering ge
schorst.
Na opheffing der schorsing van de vergadering wordt bij
monde van den heer Brans, namens de commissie van onderzoek,
medegedeeld, dat de geloofsbrieven met bijlagen in orde zijn
bevonden.
Voorgesteld wordt alsdan de heer P.P.Wijnen toe te laten als
lid van den raad, waartegen door niemand bezwaar wordt gemaakt
terwijl zoowel de voorzitter als alle andere leden verklaren
niet in beroep te zullen gaan.
In handen van den voorzitter worden door den heer P.P.Wijnen
alsdan afgelegd de eeden, voorgeschreven in artikel 45 der
Gemeentewet
De voorzitter dankt den heer Wijnen en feliciteert hem met
zijne benoeming.
III. Op voorstel van burgemeester en wethouders worden de
stukken, genoemd onder de letters a tot en met j van de agenda
voor deze vergadering d.d. 24 Juni 1940,No.1544/2,07.51»voor
kennisgeving aangenomen.
IV. Gedeputeerde Staten van dit gewest deelden bij hun schrijven
van 13 Maart 1940, G.no.460, IIIe.Afdeeling, mede, dat artikel
19 van het Algemeen Rijksambtenarenreglement bij Koninklijk
Besluit van 28 Februari 1940,St.BI.343, is gewijzigd,welke wijzi
ging verband houdt met de buitengewone omstandigheden,waarin
ambtenaren kunnen komen te verkeeren door vervulling van hun
militairen dienstplicht.
Op verzoek van bovengenoemd college wordt voorgesteld de
rechtstoestand-verordeningen voor de ambtenaren dezer gemeente
te wijzigen in dien zin,dat zij in overeenstemming zijn met
het Algemeen Rijksambtenarenreglement, waartoe de concept
besluiten nos.768 en 769/2.08 ter vaststelling worden aange
boden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt metneenparige stemmen
besloten als voorgesteld.
V. Door Adam Wessels,wonende te Bosschenhoofd J 17,wordt ver
zocht eene vergoeding 1940 te mogen ontvangen ingevolge art.
13 der Lager-Onderwijswet 1920 voor het vervoer van zijne drie
leerplichtige kinderen, t.w. Josina Wilhelmijna,geboren 10
December 1929, Johannes Pieter, geboren 19 Mei 1931 en Pieter
Johannes,geboren 22 Juli 1933, hie de Hervormde school te