r
Openbare vergadering van den raad op Woensdag 26 Juli 1939,
des namiddags te 7 uur.
Tegenwoordig: de burgemeester, voorzitter;
alle leden, met uitzohdering van den heer
Vissenberg (één vacature wegens de ontslagneming van den heer Verschuren) j
de secretaris.
I De voorzitter opent de vergadering met den Christelijken Groet.
Het lot, door den voorzitter getrokken, wijst den heer Jochems aan
om bij voorkomende stemmingen hst eerst te stemmen.
II De ingekomen stukken, de nummers Ha tot en met f van de
agenda, worden voor kennisgeving aangenomen zooals door burge
meester en wethouders is voorgesteld.
III Als commissie tot onderzoek van de geloofsbrieven van de
nieuw-benoemde leden van den raad worden aangewezen de heeren
Oomen, Brans en Jongeneelen.
De vergadering wordt - teneinde dit onderzoek mogelijk te
maken - geschorst.
Na heropening der vergadering wordt medegedeeld, dat geen
bezwaren zijn gerezen tegen de geloofsbrieven. Besloten wordt toe
te laten, als zoodanig, de nieuw-benoemde leden van den raad:
C. Brans; C.Dekkers; P.J.A.van Eekelen; J.Laurijsse; J. Lauwe rijs sen;
J.F.Mateus; J.W.Nuijten; P.A.^omen; Ghr.P.de Rond; J.de Rooij en
H.P.Theunis.
IV Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders
wordt besloten, ten behoeve van de R.K. bijzondere scchool te
Bosschenhoofd, in afwijking van het besluit van 22 September 1939,
de vergoeding ex artikel 101 dèr L.O.wet 1920 over 1939 vast te
stellen op 9,30 per leerling (besluit no 2117/1.851.2q7_2)
V Burgemeester en wethouders stellen voor aan Adam Wessels te
Bosschenhoofd een vergoeding, over 1939, krachtens artikel 13 der
L.Owet 1920 toe te kennen voor 2 kinderen, die de Herv.school te
Standdaarbuiten bezoeken, van 15,- per kind per jaar.
Aldus wordt zonder hoofdelijke stemming besloten (besluit no
2027/1.851.2q7_2).
VI De wed.G.W.de Moor, te Oudenbosch, maakt bezwaar tegen den
haar opgeiegden aanslag van 9,24 in de Baatbelasting der Gors-
schstraat. Daar de mogelijkheid bestaat van uitweg der betrokken
perceelen op de G.straat en hunne ligging is in de 3e en 4e, voor
heffing der baatbelasting aangewezen, zone, wordt afwijzend op het
verzoek beschikt, overeenkomstig het voorstel van burgemeester
en wethouders (no 2025/1.714.13).
VII