Openbare vergadering van den Kaad. Woensdag 24 November 1937,des namiddags ten twee ure. Tegenwoordig:alle leden,met uitzondering der heeren Jochems en Jongeneelen,de burgemeestervoorzitter en de secretaris. I. De voorzitter opent de vergadering met den Christelyken (jroet. Het lot,door den voorzitter getrokken,wyst den heer Mateus aan om by voorkomende stemmingen het eerst te stemmen. II. De ingekomen stukken,vermeld onder de letters a t/m f der agenda voor deze vergadering,d.d. 19 November 1937,no.2925/2.07.51, worden overeenkomstig de daarby gevoegde voorstellen van burge meester en wethouders voor kennisgeving aangenomen,terwylnaar aanleiding van het advies sub f,nog wordt besloten over te gaan tot aanvulling van het raadsbesluit van 11 October 1937,no.2593/ 2.07.352.71,goedgekeurd door heeren Gedeputeerde Staten van jx oordbrabant d.d. 20 October 1937,G.nr.241Van deze aanvulling is opgemaakt besluit no.2796/2.07.352.71. Den heer Vissenberg is het opgevallen,dat voor de kasopname op 29 October door burgemeester en wethouders in hun advies is aangegeven het 4de kwartaal en vraagt inlichtingen daaromtrent, welke door den voorzitter naar genoegen worden verstrekt III. Burgemeester en wethouders deelen by hun schryven van 22 September 1937,no.2452/2.08,mede,dat de Minister van Binnenland- sche Zaken hun college er op attent heeft gemaakt,dat enkele be palingen van het ambtenarenreglement dezer gemeente - met name die,betrekking hebbende op uitkeering by overlyden en op wachtgeld - gunstiger aanspraken geven dan de overeenkomstige regelingen voor de Ryksambtenaren. Met het oog op den financieelen toestand der gemeente is het noodzakelyk,dat deze verschillen worden weggenomen. Verzocht wordt,in verband met vorenstaande,over te gaan tot wyziging van het ambtenarenreglementwaartoe ter vaststelling wordt aangeboden een concept-besluit. De heer Vissenberg vraagt of door deze wyziging de ambtenaren vooruit dan wel achteruit gaan,waarop de voorzitter antwoordtdat zy thans worden gelyk gesteld met de ryksambtenaren en het voor hen in feite een achteruitgang beteekent. Met algemeene stemmen wordt hierna,zonder hoofdelyke stemming, vastgesteld ontwerp-besluit no.2453/2.08 tot wyziging van het ambtenarenreglement voor deze gemeente. IV. Aangezien in deze gemeente nog niet bestond eene verordening, regelende de gevallen,waarin en de voorwaarden,waaronder indienst neming op arbeidsovereenkomst naar het burgerlyk recht kan plaats hebben,werd door den heer Minister van Binnenlandsche Zaken - onder verwyzing naar artikel 134,2de lid,der Ambtenarenwet 1929 - verzocht bedoelde regeling alsnog vast te stellen,opdat individueele arbeidscontracten hierop gebaseerd kunnen worden.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1937 | | pagina 31