J
fi
vaststellen der gemeentebegrooting, het bedrag bepaalt, dat per
leerling voor de byzondere scholen in het jaar, waarvoor de be
grooting geldt, als vergoeding zou worden beschikbaar gesteld,
indien in die gemeente wel eene openbare school zou bestaan.
Waar is voorgesteld over te gaan tot vaststelling der gemeente- 3
begrooting 1938 behoort daarnevens de bepaling van bovenbedoeld
bedrag plaats te vinden.
Burgemeester en Wethouders zijn van meening, dat een bedrag
per leerling van 3.voor deze gemeente als limiet bepaald- in
zijn geheel behoort te worden beschikbaar gesteld, om welke reden
wordt voorgesteld over te gaan tot vaststelling van het concept
besluit no.2208/1.851.2.
07
2.
De heer Vissenberg acht een bedrag ad 5.- vergoeding per
leerling niet te hoog en vreest, dat het onderwijs door hetver-
strekken van dergelijke lage bedragen, zal gaan lijden.
De voorzitter merkt op, dat de kosten sinds 1932 - jaar,w«arin
de gemeente noodlijdend werd - practisch komen voor rekening van
's Rijks kas en in verband daarmede is bepaald, dat de maximum
uit te keeren vergoeding zou mogen bedragen 5.- per leerling
en per jaar. De laatste jaren is het bedrag dan ofek steeds geble
ven beneden de 5.-, niettegenstaande het schoolbestuur te
Hoeven, op aanvrage, over het eerste halfjaar 1937 kwam aan onge
veer 5.- per leerling. Nu echter staat het vast, dat over 1938
eene vergoeding van 5«- per leerling kan worden gegeven. Op
een hooger bedrag kan, noch mag de vergoeding worden vastgesteld.
Den heer Mateus verheugt deze verbetering, zij verheugt hem
nog te meer, nu niet meer behoeft te worden gevraagd naar gelijk
soortige gemeenten, maar de vergoeding zelfstandig kan worden be
paald. Spreker zou, zoo mocht blijken dat met genoemd bedrag niet
kan worden toegekomen, het volgend jaar meer willen geven.
Niemand meer het woord verlangende, wordt het concept-besluit
no.2208 zonder hoofdelijke stemming met eenparige stemmen vast
gesteld als aangeboden.
VIII. Onder overlegging van het rapport d.d. 25 Augustus 1937, der
commissie van onderzoek van de begrooting van inkomsten en uit
gaven van het Burgerlijk Armbestuur dezer gemeente voor het
dienstjaar 1938, uit welk rapport blijkt,dat deze begrooting is
onderzocht en in orde bevonden, stellen burgemeester en wethou
ders voor deze begrooting aan te houden, wijl tot goedkeuring
ervan eerst kan worden overgegaan, nadat van heeren gedeputeerde
staten van dit gewest bericht is ontvangen, dat daartegen geen
bezwaar bestaat.
Zonder op- of aanmerkingen wordt besloten als voorgesteld.
IX. De notulen der vergadering van 2 Augustus 1937,welke ter in
zage zijn gelegd,worden met eenparige stemmen, zonder hoofdelijke
stemming vastgesteld.
De agenda afgehandeld zijnde spreekt de voorzitter de hoop uit,
dat de heer Vissenberg wederom regelmatig aan de diverse werk
zaamheden zal kunnen deelnemen, waarna de heer Vissenberg het
woord vraagt. Vooral
