'5/
Openbare vergadering van den raad.
Vrijdag 23 November 1934, des namiddags om drie uren.
Tegenwoordig: alle leden, de burgemeester, voorzitter en
de plaatsvervangend secretaris.
I. De Voorzitter opent de vergadering met den Christe lijken
Groet.
Het lot, door den Voorzitter getrokken, wijst den heer Jonge-
neelen aan, om bij voorkomende stemmingen het eerst te stemmen.
II. Bij hun advies, d.d. 15 November 1934,no.2473» bieden burge
meester en wethouders, naar aanleiding van een van gedeputeerde
staten dezer provincie ontvangen schrijven, andermaal de door
hen gewijzigde algemeene politieverordening opnieuw ter vast
stelling aan met verzoek de in de vergadering van 24 October
j.l. vastgestelde verordening in te trekken.
De Voorzitter vraagt of een der leden hierover het woord
wenscht
Niemand tegen de thans aangeboden algemeene politieverordening
bezwaar hebbende wordt zij, onder intrekking van die, vastgesteld
24 October 1934, als aangeboden vastgesteld.
III. Bij hun advies, d.d. 15 November 1934»no.2495» deelen burge
meester en wethouders mede, dat Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant, blijkens het nevens hun advies overgelegd schrijven, van
den Minister van Binnenlandsehe Zaken bericht hebben ontvangen,
dat het percentage van 10 genoemd in de verordening, d.d.
20 Augustus 1934, tot heffing eener vermakeüjkhedenbelasting in
deze gemeente, moet worden verhoogd tot 20 terwijl tevens
wordt verzocht om het 2de lid van artikel 4, waaruit niet vol
doende blijkt wat eigenlijk wordt bedoeld, met de bedoeling in
overeenstemming te willen brengen, waarom zij voorstellen over
eenkomstig den wensch van gedeputeerde staten te handelen door
over.te gaan tot vaststelling der nevens hun advies aangeboden
nieuwe verordening op de heffing eener vermakelijkhedenbelasting.
Niemand bezwaren hebbende tegen de thans aangeboden verorde
ning, voorkomende onder no.2494, wordt deze met algemeene stem
men, zonder hoofdelijke stemming, vastgesteld.
IV. Den 21sten September 1934 werd vastgesteld eene verordening
ex artikel 9, eerste lid, der Winkelsluitingswet 1930, staats
blad no.460, zooals deze wet is gewijzigd bij de wet van 27 Juli
1934, staatsblad no.450.
Blijkens een, nevens hun advies, d.d. 15 November 1934,no.2488,
door burgemeester en wethouders gevoegd schrijven van den Minis
ter van Economische Zaken, d.d. 13 November 1934, heeft genoem
de Minister eenige bedenkingen tegen bovengenoemde verordening.
Waar