115 j
van 4 Augustus 1933, staatsblad 1933,no.414, tot beperking van
uitgaven, welke voor de openbare kassen voortvloeien uit de uit
voering der Lager Onderwijswet 1920, stellen burgemeester en
wethouders, aangezien bedoelde school is gelegen binnen den
afstand van 5 Kilometer der woning van verzoeker, den raad voor
afwijzend op het verzoek te beschikken.
De raad besluit met algemeene stemmen, zonder hoofdelijke
stemming, overeenkomstig het advies van burgemeester en wethou
ders en stelt daartoe vast het besluit no.1735/1.851.2
07-2,
VI. Bij hun advies d.d. 23 October 1933»no. 1883/2.07. 352.626, dee-1
len burgemeester en wethouders den raad mede, dat de rekening
courant overeenkomst, aangegaan bij raadsbesluit d.d. 23 Septem
ber 1932no1566/F 0111, goedgekeurd door Heeren Gedeputeerde
Staten van Noord-Brabant bij hun besluit d.d. 9 November 1932,
G nr.27, met de N.V.Bank voor Nederlandsche Gemeenten te
's Gravenhage, per 31 December a.s. afloopt.
Burgemeester en weldaders stellen daarom voor door vaststel
ling van het nevens hun advies overgelegd concept-besluit over
te gaan tot het verlengen der overeenkomst, voor het doen van
gewone uitgaven, welk concept-besluit, no.1880/2.07.352.626,
door den raad met algemeene stemmen, zonder hoofdelijke stemming,
wordt vastgesteld.
VII. Burgemeester en wethouders leggen nevens hun advies d.d. 23
October 1933,no. 1885/1.754.2 den raad over een schrijven, d.d.
26 September 1933 van de wede. van Hooijdonk-Couwenbergh en drie
anderen, verzoekende te mogen vernemen het verschil'in toepas
sing ten opzichte v«o> het recht van overweg ten hunnen aanzien
en ten aanzien van een ander, die dat recht van overweg niet
zou hebben betaald en zoo mogelijk terugbetaling der door hen
betaalde gelden.
Op grond van in hun advies aangegeven motieven stellen bur
gemeester en wethouders voor adressanten te doen weten, dat
geen verschil in de toepassing van het recht van overweg heeft
plaats gehad en geen termen aanwezig zijn het door hen betaald
recht te restitueeren.
Na beantwoording en uiteenzetting door den Voorzitter van
eene opmerking ter zake van den heer Vissenberg omtrent de al
of niet foutieve toepassing van het desbetreffend besluit van
den raad, besluit de vergadering met algemeene stemmen, zonder
hoofdelijke stemming, overeenkomstig het advies.
VIII. Waar de thans geldende verordening tot heffing van 100 opcen
ten op de gemeentefondsbelasting bij Koninklijk Besluit van 24
November 1932,no.65, slechts tot 1 Mei 1934 is goedgekeurd en
het noodzakelijk is hiermede op denzelfden voet voort te gaan,
stellen burgemeester en wethouders mitsdien bij hun advies,no.
1882/1.714.524,d.d.23 October 1933, onder overlegging van de
concept-verordeningen,nos.1868 en 1869/1.714.524, den raad voor
dienovereenkomstig te besluiten.