125
Beëediging
Raadslid.
De heer Monsieurs legt achtereenvolgens ifi handen
van den Voorzitter de eeden afvoorgeschreven by art.
39 der Gemeentewet,teekent de presentielyst en neemt
zitting.
De Voorzitter heet vervolgens den heer Monsieurs
welkom in deze vergadering,waarin hy reeds eerder
zitting heeft gehad en wyst op de typische overeen
komst welke tusschen hem en het afgetreden lid bestaat
en wel deze,dat Hopstaken diende onder de Nederlandsche
Vlag in Oost-Indië en Monsieurs onder dezelfde Vlag
in West-Indië.
Aanvrage
om
wachtgeld
Verpleging
lyders aan
besmettelyke
ziekten.
III. Overeenkomstig het advies van Burgemeester en Wet
houders d.d. 7 Januari 1930,N8.1 52/P 011,wordt het
daarnevens aangeboden adres van den heer H.C.G.J.M.
van Son,Arts te Oudenbosch,om wachtgeld,op grond,dat
hy voor deze gemeente is aangewezen gexveest als ge
neesheer,belast met de doodschouw,met algemeene stem
men voor kennisgeving aangenomen.
IV. Met hun advies d.d. 16 Januari 1950U190/V 115»
bieden Burgemeester en Wethouders den Raad ter vast
stelling aan het besluit NS.267/V 115,waarby met het
St.Elisabeth's Gesticht te Oudenbosch eene overeen
komst wordt aangegaan voor verpleging van lyders aan
besmettelyke ziekten uit deze gemeente.
De heer Vissenberg vraagt of de ƒ.150.-,waarvan in
de overeenkomst sprake is,bedoeld is als eene jaar-
lyksche vergoeding,dan wel als eene bydrage in eens
als toetreding.
De Voorzitter zegt,dat dit eene jaarlyksche tegemoet-^
koming is en de gemeente verplicht is te zorgen voor
afzondering in eene inrichting van zoodanige lyders;
moest de gemeente zelf eene gelegenheid voor afzonde- 1
ring inrichten,zou dit voor haar op duizenden guldens
komen te staan en nu komt men voor /.150«~ 3 jaars
met alles KLaar;hierin zit volgens ZynEd.juist de be
zuiniging.
De heer Vissenberg zegt geen enkele gemeente te
kennen waar zoo iets bestaat,waarop de Voorzitter
zegt,dat hieruit weer juist den achterstand van Hoeven
blykt.Waar de Ziektewet de gemeente er toe verplicht
juichen Burgemeester en Wethouders het toe,dat ze zoo
goedkoop zyn klaar gekomen.
De heer Mateus merkt op,dat zóó gerekend men voor-
deelig uit is.
De heer Vissenberg kan zich nu met het voorstel ver
eenigen en wordt het onderwerpelyk besluit met een
parige stemmen vastgesteld.