48 op de voornaamste punten dier begr.ooting,welkê~^^ri^zeer gunstigen indruk van Hoeven's financieelen toestand geeft. Aan het slot van laatstbedoeld schryven deelen Burge meester en Wethouders verder mede,dat hun Voorzitter zich niet kan vereenigen met de voor pensioensverhaal uitgetrokken posten en zich door het gemeentebelang ge drongen ziet aan de tegenstanders van pensioensverhaal te adviseeren tegen de vaststelling der begrooting te stemmenzoolang daarop de gewraakte posten voorkomen. Van de gelegenheid om over de begrooting het woord te voeren maakt de heer Brans gebruik en zegt,dat er be halve pensioensverhaal nog een andere post zyn aandacht heeft getrokken,namelyk volgnummer 138 van hoofdstuk 9, welke met zyn ƒ.500.- zeker de helft te laag is geraamd; deze lagere raming te baseeren op gunstiger werkgelegen heid acht by gevaarlyk. Verder kan de heer Brans wel goedvinden,dat menschen met een gemiddeld weekloon van ƒ.18.- by de werkver schaffing worden uitgesloten,doch deze zullen er wel niet veel zyn,zoodat er voor werkverschaffing nog heel veel zullen overschieten en het uitgetrokken bedrag volgens hem te klein is. De heer Brans kan zich er niet mede vereenigen,dat menschen zonder werk worden verwezen naar de armen kas- sen;naar zyne meening dient de gemeente voor dezulken te zorgen,al is dan ook het geleverde werk niet altyd productief. De heer Vissenberg verkrygt alsnu het woord en merkt omtrent post volgnummer 99 op,dat dezeniettegenstaande verhooging met ƒ.20.- tegenover het vorig jaar,nog te laag is geraamd. Ter plaatse bestaat volgens hem een onhebbelyken toe stand; de koopers van de mest,die telken jare wordt ver kocht ,sorte eren het door hen gekochte en laten liggen wat zy niet willen hebben,waardoor een toestand ont-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1928 | | pagina 67