él
niet tegen die uitlating dient te worden geprot/steerd,
wyl daardoor een gansch verkeerde voorstelling van zaken
wordt gegeven"
Hoe staat het in onze gemeente?
Den 27en Augustus 1920 werd met de P.N.E.M. eene over
eenkomst tot de levering van electrische energie afge
sloten; in art. 9 behield de P.N.E.M. het recht tot op
zegging der overeenkomst en werd dit recht ook de gemeen
te gegeven,welke laatste gunst een paskwil genoemd kan
ï-
worden.
By schryven van 25 November 1926 werd door de P.N.E.M.
de overeenkomst opgezegd tegen 1 Januari 1929.
Waar van de zyde der P.N.E.M. meerdere malen was mede
gedeeld,dat de resultaten dier N.V. uitmuntend waren,was
de verwachting gerechtvaardigd,dat de inkoopsprys per
K.W.U. zou verminderen en met belangstelling werd de
concept-overeenkomst tegemoet gezien.
24 Augustus j.l. werd ons een concept toegezondenmaar
wat bleek?dat,niettegenstaande de z.g. gunstige bedryfs-
resultaten der P.N.E.M.de prys per K.W.U. met 1/3 was
verhoogd,terwyl verder de maximale belasting,welke eerst
werd gemeten naar de gemiddelde waarde van de vier hoog
ste belastingen welke in vier verschillende maanden van
het kalenderjaar werden bepaald,in den vervolge gemeten
zal worden naar de hoogste belasting,voorkomende in het
kalenderjaar.Om die reden moet onze stroominkoop voor
jaar 1929 maar even ƒ.1264.- hooger worden geraamd dan
in 1928 en kregen wy den indruk,dat de N.V. rendabel ge-
maakt moest worden ten koste der gemeenten en hare af
nemers.
Wy drongen aan op wyziging van het aangeboden concept,
maar stuitten op een,o.i. niet behoorlyk gemotiveerd,
"Non possumus"
Wy constateerden,dat de inkoopsprys van de door ons t
benoodigde 34000 K.W.U. kwam aan byna 15 cent per K.W.U.,e
en wetende,dat industriën,die slechts 10000 K.W.U. be-