8
Het college neemt hierop het voorstel terug.
19a INITIATIEFVOORSTEL FRACTIES GEMEENTEBELANGEN. WERKNEMERS -
PARTIJ EN V.V.D. TOT HET ZO MOGELIJK KOMEN VAN PRIVATISERING
VAN SPORTACCOMMODATIES
(Kant 7, tellerstand 368)
Het woord wordt gevoerd door de leden van Akkeren, van
Eekelen, Huygens, Meerman, Roks, Verhoog, van der Weegen en
wethouder Mouws
De discussie spitst zich met name toe op:
de bestuurlijke gang van zaken tot nu toe;
de stelling dat privatiseren in het kader van de gemeen
telijke herindeling thans nog een Halsterse aangelegen
heid is;
het feit dat alle verenigingen (minus 1) voor privatise
ring zijn;
het feit dat het college uitsluitende de door de raad
gegeven opdracht dient uit te voeren;
de noodzaak om tarieven op één lijn te stellen alvorens
tot privatisering over kan worden gegaan;
de verzoek van Bergen op Zoom om het sportaccommodatiebe-
leid integraal aan te pakken;
het complexe karakter van de privatisering (ondermeer de
personele aangelegenheid)
De portefeuillehouder geeft aan zich niet te willen binden
aan het in het initiatiefvoorstel genoemde tijdspad. Er is
tijd nodig om met een goed voorstel te komen. Daartoe dient
met de verenigingen te worden overlegd. Hij zegt wel toe om
in de raadsvergadering van maart 1996, danwel in de commis
sie Burgerzaken, de resultaten te melden.
TIJDENS DE VERGADERING INGEDIENDE MOTIES
(Kant 9, tellerstand 30)
Door de fracties van de P.v.d.A., WD, Gemeentebelangen en de
Werknemerspartij worden een drietal moties ingediend.
De volgende stemverklaringen worden afgelegd:
Het lid van Akkeren geeft aan dat een andere optie dan het
voortzetten van de huidige coalitie niet bespreekbaar was. De
keuze van het CDA is gemaakt. De moties zijn overbodig.
Het lid Meerman geeft aan dat de motie van wantrouwen gericht
tegen het hele college in de vorige vergadering is afgestemd met
7 stemmen voor en 8 stemmen tegen. Ruim 45% van de bevolking is
derhalve tegen het functioneren van het college. De P.v.d.A.
ziet de moties als een politieke toets.
Het lid van der Weegen meent dat eerst het huidige college weg
moet, alvorens over voorwaarden in het kader van de vorming van
een nieuwe coalitie kan worden gediscussieerd.
Het lid van Eekelen deelt mede dat de eisen van de Werknemers-
partij in het kader van de vorming van een nieuwe coalitie niet
besproken zijn.