37 Als ik over die vierkante meter gepraat heb dan heb ik dus over een nog kleinere oppervlakte gepraat van de verontrei niging. Dit kan zelfs van een heel miniem flesje of dat soort zaken zijn, maar wel van een ernstig vergif, cyanide. Het punt blijft, die bron is duidelijk weggenomen. Alleen in de loop der tijd, daar wijst dan de heer Roosenboom mis schien op met zijn grotere duimstok, die zaak is een beetje uitgeloogd dus wat verder in de grond verspreid en dus om die zekerheid te hebben, hebben we inderdaad een grote slok weggenomen. Waar de heer van Tilburg op duidt en misschien ook de heer Roosenboom, dat weet ik niet precies. We hebben in Halsteren zeventien lokaties waar we ooit min of meer zelf of regionaal gestort hebben. Of mensen uit vrije onder nemingen. Die zijn allemaal aangemeld bij de provincie. Er zijn er duizenden. De provincie heeft dat onderzocht. Voor Halsteren is er geen enkele ex-stortplaats bij die in aan merking komt voor saneren op korte termijn. Zodra je gaat bouwen moet er heel duidelijk een schone-grondverklaring zijn en dan komt inderdaad die zorgvuldigheid. Als we het indicatief onderzoek zoals het landelijk aanvaard is, als we daar vanaf willen. Als Halsteren een nieuw beleid wil gaan voeren en zegt wij willen per vierkante centimeter geboord hebben en een uitvoerig rapport. De raad is 14 oktober aan zet. Ik schat dat het vele miljoenen zal kosten, maar ik daag ze uit om die ter beschikking te stellen. Ik ben de laatste die er tegen is De voorzitter: Niet in de laatste plaats natuurlijk. Misschien nog even ter aanvulling dat in de onderhavige lokatie bijna geen vierkante meter grond meer is die al niet is omgezet of omgedraaid in het kader van het aanleggen van riolering, fundering van alle huizen. Zo zijn we ook op dit stuk gestoten. Plus nog eens een keer het feit dat het al geprikt is, niet alleen volgens de systematiek van het boek je, maar ook in de zin van kijk vooral daar, en daar, en daar even. De kans dat je verder nog wat vind moet toch bui tengewoon klein worden geacht. De heer Roosenboom doet het voorstel dat er nog een aanvullend bodemonderzoek moet ge beuren. Daar wilt u een uitspraak van de raad over. Ja. Het voorstel wordt gedaan van de kant van de Groepering Leef baarheid om een aanvullend bodemonderzoek nog te doen. Heeft u ook nog een suggestie voor de middelen die daarvoor ter beschikking komen. Het lid Roosenboom: U snijdt wel een oorzaak aan. De raad is het hoofd van de gemeente. Als de raad vindt in meerderheid dat er een aanvullend bodemonderzoek moet plaatsvinden dan draagt hij dat op aan het college en dan moet het colle- Q0 De voorzitter: Dat kan er hooguit toe leiden dat wij de volgende vergadering bij u terug komen met een kredietvoor- stel waarin staat hoe we dat gaan doen. Het kan nooit zo zijn dat de raad zegt hup, doe dit, doe dat. Het lid Roosenboom: Het is niet aan ons om de financiële middelen aan te reiken.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1993 | | pagina 62