Het bouwen van een nieuwe woning. Dat zij daar toevallig wonen en om in wielertermen te spreken in de slipstream, zitten dat ze daarvan mee mogen profiteren. Dat is een bijkomstigheid. Zo werkt dat nu eenmaal in de praktijk. Vandaar dat wij hun bezwaren heel goed kunnen volgen. Te zijner tijd, als de stukken in de raad komen, zullen wij ernstig rekening houden met de gedachten van deze mensen. En daar onze besluitvorming op afstemmen. Het lid van Akkeren-Brand: Ook wij kunnen helemaal meegaan met de bezwaren van deze bewoners. Het is wel zo, ze kunnen nu geen bezwaar maken. We hebben nog maar een ontwerp-be- schikking getroffen. Maar wanneer er geen overeenstemming komt met de bewoners, dan kunnen ze wel zeker in beroep gaan. Ik hoop dat dat niet nodig is. En ik hoop dat de onderhandelingen die u met die mensen hebt dat dat positief zal uitvallen. Dan zal dat niet nodig zijn, maar in het andere geval kunnen ze er zeker wel een beroepszaak van maken Het lid Meerman; Ik wil toch enige zekerheid hebben dat ondanks dat deze bezwaarschriftenprocedure niet aan de orde is op dit moment, dat is uw voorstel. Maar ik wil toch de zekerheid hebben van u dat deze mensen hier geen buil mee vallen. Dat alle garanties gegeven worden dat als zij later toch de beroepsprocedure in werking willen zetten dat er geen enkel juridisch angeltje onder het gras zit die dat kan torpederen. Die verzekering wil ik nu vandaag van u hebben. De voorzitter: Om met dat laatste te beginnen. Zoals wij de zaken kunnen beoordelen, daar is geen aanleiding om te denken dat dat oordeel niet in orde zou zijn, het is inder daad op dit moment niet zo dat de mensen zoals die in het pre-advies genoemd worden, dat die schade lijden doordat dit beroep nu niet ontvankelijk is. Zij hebben de gelegenheid dat we met de discussie nu bezig zijn, en met het overleg begonnen zijn te baat genomen om van zich te laten horen dat ze het er niet mee eens zijn. Dat is op zichzelf natuurlijk niet onverstandig, maar een feitelijke beroepsgang is pas aan de orde op het moment dat wij er niet in slagen om met hun tot een overeenkomst te komen. Wij zullen dat in elk geval zeker nog een keer proberen. Maar het is zeker niet uitgesloten dat een aantal mensen bezwaren zullen blijven houden. Dan komen wij bij u terug met het voorstel om de belasting verordening vast te stellen. Op grond waarvan zij dan ver volgens een belastingaanslag zullen krijgen. Tegen die aan slag kunnen zij vervolgens in beroep gaan. Dan gaat gewoon de hele toetsing van het traject lopen. Dan hebben zij ge woon de rechtsbescherming zoals iedere burger in Nederland die een belastingaanslag krijgt die heeft. Waar het gaat dat die mensen het allemaal uit de krant zou den hebben gelezen, zoals de heer Roosenboom zegt of op tumultueuze bijeenkomsten. Wij hebben al in een heel vroeg stadium iedereen... Het lid Roosenboom: Bij interruptie, de mensen schrijven dat in de brief.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1993 | | pagina 31