8 Vanwaar en waarvoor dan deze uitbreiding? En van hoeveel manuren op jaarbasis sprake is, dat vind ik in de stukken ook niet terug. Het lid Meerman: De Partij van de Arbeid heeft dit in de voorlaatste vergadering tegengehouden om de u bekende rede nen. Inmiddels is mij gebleken bij een toegevoegd stuk bij punt acht wat bij de stukken lag in de leeszaal, dat bij artikel vijf een aanvulling is gekomen die beschreven wordt als fase I en fase II. Daarin vind ik een compleet terug wat ik eigenlijk bedoeld heb, namelijk alles wat rondom het mid denkader eigenlijk min of meer bescherming biedt. Ik vind ook dat het op een vrij goede manier, een zakelijke manier, benaderd is waarvoor toch mijn dank. Het tweede punt is, als je dit leest ook met de begrotingen die er bij staan, dan zien we een aantal pro-memoriekosten. Ik heb daar een beetje doorheen geprikt en ik denk wel als ik de vraag stel dat ik daar een bevestigend antwoord op krijg. Die pro-memorie kosten, daar wordt inderdaad uitgegaan van de nuloptie of zie ik dat verkeerd? Ik heb me daar ook over laten informe ren en ik kan gerust deze gevolgtrekking trekken. Verder vind ik het verkeerd om gevolgen die de gemeente genomen heeft (de verantwoording in het verleden, het instellen van een sociaal statuut, instemmen met de secundaire arbeids voorwaarden voor hun personeel) en financiële begripsvormen door elkaar heen te weven. Immers wanneer we in die begro ting kijken dan zien we heel duidelijk niet waar dat daar consequenties in opgenomen zijn. Die gewoon terug te vinden zijn, eigenlijk in de onderhande lingsafspraken in het geheel en waarin de vakbond ook verte genwoordigd is, dat het dan op dat moment in werking treedt, de secundaire arbeidsvoorwaarden, c.q. secundaire financiële voorwaarden. Met andere woorden een rechtsbescherming voor diegene die op een bepaald moment geen gebruik kan maken van een veranderde struktuur binnen het samenwerkingsverband wat betreft het gemeentepersoneelDat vind ik dan jammer dat dat niet een beetje gestipuleerd is, dat had waarschijnlijk minder vragen gekost. Dan was het iets duidelijker geweest. Voor mij is de zaak helemaal duidelijk en ik ben dik tevre den zoals de zaak op dit moment geregeld is. De voorzitter: Op de eerste plaats naar meneer Roosenboom. Hij zegt, het voorstel is op zich voor ons geen probleem, alleen de financiële vertaling daar hebben wij toch nog een aantal vraagtekens bij. Hij noemt in dat kader met name de p.m.-posten in eerste instantie. Die p.m.-posten, ik wil daar wel iets van zeggen, maar het uitgangspunt wat de heer Meerman ook heeft aangehaald, is de nul-optie. Ik zal niet zeggen dat wij de nul-optie als doelstelling hebben, maar het is in elk geval zeker het vertrekpunt. Wij zullen in dat kader niet meer doen dan inderdaad de organisatie behoeft. Het lid Roosenboom: Bij interruptie, wat bedoelt u precies met de nul-optie? De voorzitter: Dat wij ervan uitgaan dat de kosten die bij die p.m.-posten staan in principe niet voor zouden moeten komen. Daar is het streven van het college op gericht.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1993 | | pagina 260