8 Vandaar, men mag natuurlijk blijven verwijten, jammer dat twee mensen van het college dat niet meer verder kunnen verdedigen, maar gelukkig dat ondergetekende dat hier nog ter plaatse wel kan doen. Ik voel me totaal niet aangespro ken of we toen fouten zouden hebben gemaakt. Integendeel, wij dachten toen in het belang van de gemeenschap om daar niet aan tegemoet te gaan komen. Achteraf nu in 1993, bijna 1994, hadden we het misschien wel moeten doen. Ik weet het zeker, we hadden het wel moeten doen, nu, achteraf. Op grond daarvan heeft ook dit college om in ieder geval de familie Beijaerts een schadeloosheidsstelling in het vooruitzicht te stellen. Meneer van den Kieboom heeft dat verwoord, ik val niet meer in herhaling. Of dat nu 60.000,of zes ton moet worden, dat zal de familie Beijaerts wel aannemelijk moeten maken. Ik denk dat hier vanavond een principiële uitspraak wordt gedaan door de gemeenteraad van Halsteren, dat wij verplichtingen hebben jegens de familie. Daar moeten zij maar verder bepalen hoe hoog dat bedrag moet zijn. Ik heb dat alleen maar willen zeggen om alle misverstanden te voorkomen. Anders krijg je natuurlijk dat iedereen denkt dat we in 1979 die boerderij niet hebben aangekocht. Het lid Meerman: Voor alle duidelijkheid. De Partij van de Arbeid is voor het voorstel. Omdat wij vorige keer heel duidelijk aangegeven hebben dat wij vonden dat wanneer je als gemeente een procedure opstart, met die procedure bedoel ik eigenlijk te zeggen dat wij een expertise hebben uitge voerd. Dan vind ik ook dat de mogelijkheid aanwezig moet zijn voor de contra-expertise door de andere partij. Ik heb begrepen dat daar geen gebruik van gemaakt is. Voor ons de grond om eigenlijk tegen het voorstel te zijn. Ik hoor steeds het woord schadeloosstelling. Ik denk dat hier toch ene beetje een begripsvernauwing plaatsvindt. Het is toch geen schadeloosstelling maar een tegemoetkoming in de kos ten. Ik denk dat dat zwaarwichtig iets anders is, maar goed dat is een ander verhaal. Verder kunnen wij meegaan met meneer van den Kieboom, al thans laat ik eerst voor mezelf spreken. Ik weet niet wat mijn collega daarvan vindt, en met de heer Roks om eens heel goed te bekijken of de gemeente met dat stuk grond daar niet iets zou kunnen gaan doen. Immers, het is toch een uitste kende lokatie voor wat betreft het hele winkelgebeuren. Dan denk ik aan huizen, de sociale woningbouw voor ouderen. We hebben er daar niet zoveel van in Halsteren en ik denk toch dat wij met de vergrijzing in aantocht niet alert genoeg kunnen zijn om lokaties te bedenken die dicht bij het win kelgebeuren zitten en dicht bij het openbaar vervoer. Immers het openbaar vervoer wordt steeds meer gecentraliseerd naar bepaalde punten toe en dat kunnen we op dit moment eigenlijk al zien. Als we langs de ene kant de zaken voor het openbaar vervoer toch minimaliseren, dan denk ik hoe meer lokaties je kunt bedenken om mensen door te kunnen laten wonen, omdat ook bejaardenoorden een moeilijkheidsfactor wordt, dat mensen van boven de 65 of 70 jaar toch voldoende woonruimte aangeboden moet kunnen worden, dicht bij die voorzieningen die voor die mensen van belang zijn.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1993 | | pagina 221