35
Gemeentebelangen deelt niet de mening van Twijnstra Gudde
als zij stelt dat de ontstane problematiek toch deels het
gevolg zou kunnen zijn van het niet geheel uitvoeren van
een eerder onderzoek door het O.D.R.P.. Ik denk dat die
beslissing van toendertijd in dat tijdsbestek gezien moet
worden. Het kan niet zo zijn dat, doordat je een deeltje
niet uitvoert, dat het dan allemaal kommer en kwel gaat
worden. Ik denk dat je dat moet relateren naar de tijd,
namelijk met een versnipperd gemeentelijk apparaat. Ik denk
ook een mogelijk kwantitatieve inzet aan personeelsproble
men. Evenmin zijn wij het eens met het gegeven inzake het
oordeel over het college. Als zouden zij toch min of meer
te veel op de ambtelijke stoel zitten. Die realiteit, ik
wil het toch wel even ontzenuwen, is ons inziens toch
anders.
Juist door min of meer een stuk discrepansie die in het
gemeentelijk apparaat aanwezig is noopt het college zich er
zelf toe om het voortouw te nemen en, in tegenstelling tot
wat meneer Roosenboom ventileert, zeg ik dit siert het
college en getuigt van daadkracht. In dit kader getuigend
van draadkracht om de uitgangspunten van dit rapport te
aanvaarden als basis van een structuurverbetering en een
gelukkige omstandigheid dat ook velen begrepen hebben welk
nut een onderzoek en procedure daaromheen kan betekenen.
Gemeentebelangen kan zich verder in een voorstel om te
kiezen voor een drie-sectorenstructuur, variant nummer drie
met daaromheen het B.M.C., Bestuurs Management Concept. Een
van die voorwaarden voor het min of meer welslagen van deze
reorganisatie is het tot stand brengen van een krachtig
managementteam in dit concept. Met andere woorden hier
moeten geen concessies aan worden gedaan. Dat de inhoude
lijke uitwerking van deze structuurvernieuwing geen gemak
kelijke taak is, onderkennen wij. Vandaar dat wij u willen
adviseren om op dit punt geen beslissingen te nemen onder
een stuk tijdsdruk. Dat tijdspad wat Twijnstra Gudde hier
voor aangeeft behoeft naar ons oordeel ook niet te worden
gevolgd. Wat wel moet worden gevolgd zijn de adviezen van
dit rapport al zal dit mogelijkerwijs voor de toekomst
kunnen leiden tot financiële kosten aan het personele
aspect. Ik denk dat we dat goed onder ogen moeten zien dat
dat er aan zit te komen, zonder dat je dat incalculeert,
dan kom je daarmee niet uit de voeten. Ik denk dat je dat
ook moet aanvaarden als een stuk uitgangspunt voor een
verbetering van je structuur. Nogmaals om dit punt af te
ronden, wij stemmen in met dit voorstel en verwachten in
ieder geval van het college meer tussentijdse rapportage
over de voortgang en de resultaten die deze structuurwijzi
ging met zich meebrengt. Ik wil toch aansluiten met de
woorden van de heer Roosenboom die zegt, college erg veel
succes en sterkte in uw gang.
Het lid Graafmans: Laten we beginnen om te zeggen dat wij
de voorstellen zoals u die naar de raad brengt, dat wij die
kunnen ondersteunen gezien het verslag wat er ligt van de
diverse vergaderingen Georganiseerd Overleg, diverse bij
eenkomsten van afdelingen.
